Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Hartslagzones; Fitnessdoelstellingen; Tips Voor Onregelmatige Hartslaggegevens; De Draadloze Sensors Koppelen - Garmin EDGE 1030 Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor EDGE 1030:
Inhoudsopgave

Advertenties

handmatig aanpassen op basis van uw fitnessdoelen
(Fitnessdoelstellingen, pagina
hartslag in rust en hartslagzones in voor de meest nauwkeurige
caloriegegevens tijdens een activiteit.
1
Selecteer Mijn statistiek. > Trainingszones >

Hartslagzones.

2
Voer de maximumwaarde, lactaatdrempel en rustwaarde
voor uw hartslag in.
U kunt de functie Auto Detect gebruiken om automatisch uw
hartslag te registreren tijdens een activiteit. De zonewaarden
worden automatisch bijgewerkt; u kunt elke waarde echter
ook handmatig aanpassen.
3
Selecteer Op basis van:.
4
Selecteer een optie:
• Selecteer BPM om de zones in aantal hartslagen per
minuut weer te geven en te wijzigen.
• Selecteer % Max. om de zones als een percentage van
uw maximumhartslag weer te geven en te wijzigen.
• Selecteer % HSR om de zones als een percentage van
uw hartslagreserve weer te geven en te wijzigen
(maximale hartslag min hartslag in rust).
• Selecteer %LDHS om de zones als een percentage van
uw lactaatdrempelhartslag weer te geven en te wijzigen.
Hartslagzones
Vele atleten gebruiken hartslagzones om hun cardiovasculaire
kracht te meten en te verbeteren en om hun fitheid te
verbeteren. Een hartslagzone is een bepaald bereik aan
hartslagen per minuut. De vijf algemeen geaccepteerde
hartslagzones zijn genummerd van 1 tot 5 op basis van
oplopende intensiteit. Over het algemeen worden hartslagzones
berekend op basis van de percentages van uw maximale
hartslag.

Fitnessdoelstellingen

Als u uw hartslagzones kent, kunt u uw conditie meten en
verbeteren door de onderstaande principes te begrijpen en toe
te passen.
• Uw hartslag is een goede maatstaf voor de intensiteit van uw
training.
• Training in bepaalde hartslagzones kan u helpen uw
cardiovasculaire capaciteit en kracht te verbeteren.
• Als u uw hartslagzones kent, kunt u het risico op blessures
verlagen en voorkomen dat u te zwaar traint.
Als u uw maximale hartslag kent, kunt u de tabel
van hartslagzones, pagina
hartslagzone te bepalen voor uw fitheidsdoeleinden.
Als u uw maximale hartslag niet kent, gebruik dan een van de
rekenmachines die beschikbaar zijn op internet. Bij sommige
sportscholen en gezondheidscentra kunt u een test doen om de
maximale hartslag te meten. De standaard maximale hartslag is
220 min uw leeftijd.

Tips voor onregelmatige hartslaggegevens

Als hartslaggegevens onregelmatig zijn of niet worden
weergegeven, kunt u deze tips proberen.
• Bevochtig de elektroden en de contactoppervlakken (indien
van toepassing).
• Trek de band strakker aan om uw borst.
• Voer gedurende 5 tot 10 minuten een warming-up uit.
• Volg de instructies voor onderhoud
hartslagmeter onderhouden, pagina
• Draag een katoenen shirt of maak beide zijden van de band
goed nat.
Synthetische materialen die langs de hartslagmeter wrijven of
er tegen aan slaan, kunnen statische elektriciteit veroorzaken
die de hartslagsignalen beïnvloedt.
Draadloze sensors
15). Stel uw maximale hartslag,
(Berekeningen
27) gebruiken om de beste
(Onderhoud van de
21).
• Blijf uit de buurt van bronnen die interferentie met de
hartslagmeter kunnen veroorzaken.
Bronnen van interferentie zijn bijvoorbeeld sterke
elektromagnetische velden, draadloze sensors van 2,4 GHz,
hoogspanningsleidingen, elektrische motoren, ovens,
magnetrons, draadloze telefoons van 2,4 GHz en draadloze
LAN-toegangspunten.

De draadloze sensors koppelen

Voordat u kunt koppelen, moet u de hartslagmeter omdoen of
de sensor plaatsen.
Koppelen is het maken van een verbinding met ANT+ of
Bluetooth draadloze sensors, bijvoorbeeld het verbinden van
een hartslagmeter met uw Garmin toestel.
1
Breng het toestel binnen 3 m (10 ft.) van de sensor.
OPMERKING: Zorg ervoor dat u minstens 10 m (33 ft.) bij
sensors van andere gebruikers vandaan bent tijdens het
koppelen.
2
Selecteer
> Sensors > Voeg sensor toe.
3
Selecteer een optie:
• Selecteer een sensortype.
• Selecteer Zoek alles om sensors in de buurt te zoeken.
Er wordt een lijst met beschikbare sensors weergegeven.
4
Selecteer een of meerdere sensors om te koppelen met uw
toestel.
5
Selecteer Voeg toe.
Wanneer de sensor is gekoppeld met uw toestel, is de
sensorstatus Verbonden. U kunt een gegevensveld
aanpassen om sensorgegevens weer te geven.

Trainen met vermogensmeters

• Ga naar
www.garmin.com/intosports
sensors die compatibel zijn met uw toestel (zoals Vector
• Raadpleeg voor meer informatie de handleiding van uw
vermogensmeter.
• Pas uw vermogenszones aan uw doelen en mogelijkheden
aan
(Uw vermogenszones instellen, pagina
• Gebruik bereikwaarschuwingen om te worden gewaarschuwd
wanneer u een bepaalde vermogenszone bereikt
(Bereikwaarschuwingen instellen, pagina
• Pas de vermogensgegevensvelden aan
gegevensscherm toevoegen, pagina

Uw vermogenszones instellen

De waarden voor deze zones zijn standaardwaarden en passen
mogelijk niet bij uw persoonlijke vaardigheden. U kunt uw zones
handmatig aanpassen op het toestel of gebruikmaken van
Garmin Connect. Als u weet wat uw FTP-waarde (Functional
Threshold Power) is, kunt u deze opgeven zodat de software
automatisch uw vermogenszones kan berekenen.
1
Selecteer Mijn statistiek. > Trainingszones >
Vermogenszones.
2
Voer uw FTP-waarde in.
3
Selecteer Op basis van:.
4
Selecteer een optie:
• Selecteer watt om de zones in watt weer te geven en te
wijzigen.
• Selecteer % FTP om de zones als een percentage van uw
FTP-waarde weer te geven en te wijzigen.

De vermogensmeter kalibreren

Voordat u uw vermogensmeter kunt kalibreren, moet deze
correct zijn geïnstalleerd, gekoppeld met uw toestel en actief
gegevens vastleggen.
voor een lijst met ANT+
).
15).
19).
(Een
19).
15

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave