D891
1 Servomotor
2 Servomotor 1) - Nok 4): geblokkeerd
3 Servomotor 1) - Nok 4): niet geblok-
keerd
4 Nok met variabel profiel
5 Schroeven voor het regelen van het begin-
profiel
(A)
(B)
6 Schroeven voor blokkeren van afstelling
7 Schroeven voor het regelen van het eind-
profiel
8 Gegradueerde sector gassmoorklep
9 Index van de gegradueerde sector 8
10 Pen voor afstelling nok I I I
14
Afstelling van de lucht
Varieer progressief het eindprofiel van de nok
4)(A) door middel van de schroeven 7).
- Om het luchtdebiet te verhogen de schroeven
aandraaien.
- Om het luchtdebiet te verlagen de schroeven
losdraaien.
3 - VERMOGEN MIN
Het min. vermogen wordt gekozen binnen het
werkingsveld aangegeven op blz. 8.
Druk op de drukknop 2(A)p.28 "verlagen vermo-
gen" en houdt de knop ingedrukt tot de servo-
motor
de
luchtklep
gasvlinderklep tot 20° (fabrieksafstelling).
Afstelling van het gas
Het debiet meten aan de gasteller.
- Wanneer het verlaagd moet worden, de hoek
van nok III (B) een beetje verkleinen met
kleine opeenvolgende verplaatsingen, dat wil
zeggen van hoek 20° naar 18° , 16°....
- Indien nodig, het debiet verhogen door licht
op
de
drukknop
2(A)p.28 te drukken (de gasvlinderklep met
10°-15° openen), de hoek van nok III (B) ver-
groten met kleine, opeenvolgende bewegin-
gen d.w.z. van hoek 20° naar 22°, 24° ...
brengen.
De drukknop "verlagen vermogen" indrukken
tot de servomotor in de stand van minimum
opening komt te staan en dan het gasdebiet
meten.
N.B.
De servomotor volgt de afstelling van de nok III
alleen wanneer men de hoek verkleint. Indien
het nodig is om de hoek van de nok te vergro-
ten, dan moet eerst de hoek van de servomotor
worden vergroot met de knop "verhogen vermo-
gen". Daarna de hoek van nok III verhogen en
daarna de servomotor opnieuw in de stand van
MIN. vermogen brengen met de knop "verlagen
vermogen".
Voor eventuele afstelling van nok III, vooral voor
kleine verplaatsingen, kunt u de pen 10)(B)
gebruiken die met een magneet vastzit onder de
servomotor.
Afstelling van de lucht
Varieer progressief het beginprofiel van de nok
4)(A) door middel van de schroeven 5).
Zo mogelijk de eerste schroef niet vastdraaien:
deze schroef moet zorgen voor de complete
sluiting van de luchtklep.
4 - TUSSENLIGGENDE VERMOGENS
Afstelling van het gas
Er zijn geen afstellingen nodig.
Afstelling van de lucht
De drukknop 2)(A) p.14 "verhogen vermogen"
licht indrukken zodat de servomotor 15° draait.
De schroeven afstellen om een optimale ver-
branding te bekomen. Op dezelfde manier te
werk gaan voor de andere schroeven.
Zorg ervoor dat de wijziging van de nok zeer
geleidelijk aan gebeurt.
De brander afzetten, door op de schakelaar
1)(A)p.14 te drukken, stand UIT, de nok 4)(A)
van de servomotor deblokkeren door de druk-
knop 3) (B) in te drukken en naar rechts te
D889
schuiven. Controleer meerdere malen of de
beweging soepel en zonder schokken verloopt
door de nok 4) manueel vooruit en achteruit te
draaien.
De nok 4) terug blokkeren op de servomotor,
door de drukknop 2)(B) naar links te schuiven.
Let erop dat de schroeven van de uiteinden van
de nok niet worden verplaatst voor de opening
van de klep in MIN. en MAX. vermogen.
N.B.
Na het afstellen van MIN. – MAX en TUSSEN-
LIGGEND vermogen, de ontsteking opnieuw
controleren: deze dient een geluidsniveau te
hebben dat gelijk is aan die van de volgende
werking. Als er schokken optreden, dan het
debiet bij de ontsteking verlagen.
Zodra de afstelling voltooid is, de nok vastma-
ken met de schroeven 6)(A).
sluit
alsook
de
"verhogen
vermogen"