Installatievoorwaarden
2
Installatievoorwaarden
2.1
Voorzieningen water
Kwaliteit water
De oven moet worden aangesloten op koud water van
drinkwaterkwaliteit.
De maximale chlorideconcentratie Cl
50 milligram/liter zijn.
De Chloorconcentratie Cl
milligram/liter.
Bij verontreiniging van het water door zand, ijzerdeeltjes
of zwevende stoffen, een filter toepassen met
filtereenheid 5-15 micrometer.
Leventi adviseert om altijd een waterontharder toe te
passen.
2.1.1 Aanvoer
De oven wordt aangesloten op een wateraansluiting met
beluchte koudwaterkraan met ¾" aansluiting. Beluchting
wil zeggen dat wanneer er een onderdruk op de leiding
ontstaat (bijvoorbeeld door een actie van de brandweer)
de kraan lucht aanzuigt via een ventiel.
De aansluiting moet voorzien zijn van een goedgekeurde
terugslagklep met wateroverloopafvoer.
2.1.2 Capaciteit aansluitpunt water
De waterdruk in het aansluitpunt moet minimaal 2 Bar
(200000 Pa) zijn en maximaal 5 Bar (500000 Pa). De
druk moet minimaal 2 Bar (200000 Pa) zijn op het punt
waar de toevoerleiding de oven ingaat.
Er moet minimaal 9 liter water per minuut uit de kraan
komen.
Houdt hiermee rekening wanneer er nog andere
apparaten als vaatwassers en wasmachines op dezelfde
leiding zijn aangesloten. Hierdoor kan de druk snel zakken
in uw waterleidingsysteem.
Drukregulering
Indien nodig moet door een installateur een drukregelaar
(bij te hoge druk) of opvoerpomp (bij te lage druk) worden
opgenomen. De oven gebruikt slechts een geringe
hoeveelheid water en kan daarom worden voorzien van
een drukregelaar met een geringe doorlaat (1/4"). De
waterdruk dient tussen 2 en 5 Bar (200000 en 500000
Pa) te blijven. Dit geldt ook bij volle belasting van het
waterleidingnet.
Een en ander moet geïnstalleerd worden door een lokale
en erkende installateur volgens de lokaal geldende
richtlijnen. Die heeft beter zicht op geldende
materiaaleisen, -keuringen, toelatingen, koppelingen et
cetera.
8
-
moet minder dan
moet minder zijn dan 0,2
2
2.1.3 Waterontharder
Wanneer er een waterontharder is opgenomen in de
toevoerleiding moet deze wekelijks worden doorgespoeld
met BROXO-zout. Zie hiervoor de handleiding van uw
waterontharder.
2.1.4 Afvoer
De ovens hebben een natuurlijke uitloop. Dit betekent dat
afvalwater vanzelf wegstroomt uit de oven. Dit werkt
alleen wanneer de oven exact waterpas geplaatst wordt.
Uit de oven komt een aansluitpijpje van rond 40. Met PVC
werk kunt u hier de afvoer op aansluiten.
De afvoer buiten de oven mag geen sifonwerking hebben.
De opening van de slang of buis moet 2 centimeter boven
het waterpeil van (het waterslot in) het sifon hangen.
Het punt waar de afvoeraansluiting uit de oven komt
moet minimaal 300 mm hoger geplaatst zijn dan de
hoogte van de afvoerbuis. Dit kunt u dus bewerkstelligen
door de hoogte van het werkblad waar de oven op
geplaatst wordt, te variëren.
De afvoerbuis moet bestand zijn tegen een temperatuur
van 90°C.
2.2
Plaatsing
Omgevingsfactoren
De oven produceert minder dan 70 dB (A). Wanneer de
deur geopend wordt, wordt de ventilator automatisch
uitgeschakeld waardoor geluid wordt gereduceerd tot 0.
De oven functioneert goed tussen 0°C en 65°C in een
niet condenserende omgeving.
2.2.1 Gewicht
De oven weegt minimaal 130 kg (afhankelijk van het
type). Het werkblad of de vloer waar de oven op geplaatst
wordt, moet dit gewicht plus eventuele lading, tafels en
accesoires kunnen dragen.
2.2.2 Stapelbaarheid
De ovens zijn geschikt worden voor stapeling.
Door juiste opstapeling ontstaan geen problemen met
koeling.
2.2.3 Ruimtes om de machine
Aan de achterzijde van de machine moet minimaal 10
mm vrijgelaten worden voor de diverse aansluitingen.
Wanneer een oven gestapeld wordt, is er ca. 100 mm
diepte nodig.