5. Voer een van de volgende handelingen uit:
Voer het netwerkpad of de wachtrijnaam in van het gedeelde apparaat en klik
vervolgens op Volgende. Klik op Diskette wanneer het programma dit vraagt om
het apparaatmodel te selecteren.
Klik op Volgende en zoek het apparaat in de lijst met gedeelde printers.
6. Klik op Volgende en volg de aanwijzingen op het scherm om de installatie te
voltooien.
Het apparaat installeren in een volledige IPV6-netwerkomgeving
Als u het apparaat aansluit op een computer met Windows XP of Windows Vista in
een volledig IPV6-netwerk, volgt u deze instructies voor het installeren van het
printerstuurprogramma.
Opmerking Als u probeert de software voor het apparaat te installeren vanaf de
installatie-cd-rom, kunt u het apparaat niet vinden en lukt het niet de installatie van
de software te voltooien.
Opmerking In een volledige IPV6-netwerkomgeving is alleen het
printerstuurprogramma beschikbaar. Andere softwarevoorzieningen van het
apparaat, zoals Werkset en Solution Center zijn niet beschikbaar.
Het apparaatstuurprogramma installeren in Windows XP
1. Sluit het HP-apparaat aan op het netwerk.
2. Installeer de HP Standard TCP/IP-poortmonitor vanuit de map util\ipv6 op de
installatie-cd-rom.
Opmerking Klik op Volgende als u een dialoogvenster ziet waarin wordt
aangegeven dat het apparaat niet kan worden geïdentificeerd.
3. Druk een netwerkconfiguratiepagina af vanaf het apparaat om het IP-adres te
verkrijgen. Voor meer informatie, raadpleeg
4. Maak in de Windows-wizard Printer toevoegen een lokale printer en selecteer P
Standard TCP/IP-poort.
5. Als u hierom wordt gevraagd, typt u het Stateless IPv6-adres van het HP-apparaat
dat is afgedrukt op de netwerkconfiguratiepagina. Bijvoorbeeld:
2001:DB8:1::4A50:33GFF:FE32:3333.
Opmerking In een volledige IPV6-netwerkomgeving onder Windows XP is de
apparaatstatus niet beschikbaar.
Het printerstuurprogramma installeren in Windows Vista
1. Klik op Start en vervolgens op Netwerk.
2. Klik met de rechtermuisknop op het apparaat dat u installeert en klik vervolgens op
Installeren.
3. Selecteer de hoofdmap van de installatie-cd-rom als u wordt gevraagd om het
printerstuurprogramma.
De netwerkconfiguratiepagina
Het apparaat configureren (Windows)
begrijpen.
43