Hoofdstuk 4
De netwerkconfiguratiepagina begrijpen
De netwerkconfiguratiepagina geeft de netwerkinstellingen voor het apparaat weer.
1. Algemene informatie: Informatie over de huidige status en het type verbinding
van het netwerk en andere informatie, zoals de URL van de geïntegreerde
webserver en het hardware-adres van het apparaat.
Netwerkstatus: Deze instelling kan Gereed of Offline zijn. Wanneer de instelling
Offline is, betekent dit dat het IP-adres wordt toegewezen of via onderhandeling
wordt vastgesteld door de DNS-server, of dat de AutoIP of het netwerk niet
beschikbaar zijn.
2. 802.3 bekabeld: Geeft informatie over uw bedrade netwerk en de configuratie van
het apparaat, zoals het IP-adres, het subnetmasker, de standaardgateway, de
server en de servicenaam. Bevat eveneens een veld Geconfigureerd door dat
AutoIP weergeeft als het apparaat is aangesloten op een peer-to-peernetwerk, en
DHCP weergeeft als het apparaat een IP-adres heeft gekregen van of is
geconfigureerd door een DHCP-server.
3. Netwerkstatus: Geeft aan of LPD, mDNS, SLP, SNMP en WINS zijn
ingeschakeld of uitgeschakeld.
•
Line Printer Daemon (LPD) verwijst naar het protocol en de programma's voor
spooling-services voor de line-printer die op verschillende TCP/IP systemen
geïnstalleerd kunnen worden.
•
mDNS-services (Multicast Domain Name System) worden meestal gebruikt bij
kleine netwerken voor IP-adressen en het herleiden van namen (via UDP-poort
5353), als er geen conventionele DNS-server wordt gebruikt.
38
Configureren en beheren