14
Installatie- en gebruikershandleiding Global Console Manager
Afbeelding 2.3: Horizontale montage apparaat
Aansluiten van de hardware van het toestel
Voer de volgende stappen uit om het toestel aan te sluiten en in te schakelen:
1.
Schakel de doelapparaten die deel uit maken van het switch-systeem uit. Steek één stekker van
het netsnoer in de achterkant van het toestel en de andere stekker in een stopcontact
(wisselstroom).
2.
Sluit een VGA monitor en een PS/2 of een USB toetsenbord en muiskabels aan via de
gemarkeerde poorten van het toestel. U dient zowel een toetsenbord als een muis aan te sluiten
op de lokale poorten, anders wordt het toetsenbord niet op de juiste manier geïnitializeerd.
U kunt geen DVI of EGA monitor aansluiten op het toestel.
3.
Steek één uiteinde van een Cat5-patchkapel (met 4 paren, maximaal 10 meter lang) in een
ARI-poort en het andere uiteinde in de RJ-45 connector van een CO-kabel.
4.
Sluit de CO-kabel aan op de juiste poorten op de achterkant van het doelapparaat. Herhaal deze
procedure bij alle doelapparaten die op het toestel aangesloten worden.
5.
Sluit een Cat5-patchkabel van het ethernet-netwerk aan op de LAN-poort op de achterkant van
het toestel. Netwerkgebruikers hebben toegang tot het toestel via deze poort.
6.
Als u het toestel configureert met behulp van de menu-interface van de console, sluit dan een
computer waarop terminal-emulatiesoftware draait aan op de SETUP-poort op het
achterpaneel van het toestel met de bijgeleverde rechte seriële kabel. De terminal moet zijn
ingesteld op 9600 bits per seconde (bps), 8 bits, 1 stop bit, geen pariteit en geen
datatransportbesturing. Ga anders door met de volgende stap.
7.
Zet alle doelapparaten aan en daarna het toestel zelf. Na ongeveer één minuut is de initialisatie
van het toestel voltooid en wordt de aanduiding OSCAR graphical user interface Vrij (Free)
weergegeven op de lokale poortmonitor.
8.
Gebruik de VCS om het toestel te configureren. Zie de VCS installatie- en
gebruikershandleiding voor nadere instructies.