De CO-kabels die bij het toestel kunnen worden gebruikt ondersteunen doelapparaten met PS/2
en USB poorten. Als u de OSCAR-interface in combinatie met CO-kabels gebruikt, dan kunt u
gemakkelijk tussen de verschillende platforms schakelen.
Virtuele media
Het toestel ondersteunt virtuele media indien het is aangesloten op een VCO-kabel. U kunt de
ondersteuning van virtuele media aanwenden om USB-media-apparaten aan te sluiten op het
toestel en ze beschikbaar te stellen aan elk aangesloten GCM2 of GCM4 toestel. Gebruik virtuele
media om data heen en weer te zenden tussen een doelapparaat en USB-media-apparaten die zijn
aangesloten op het toestel. U kunt het besturingssysteem installeren, upgraden of herstellen; de
BIOS-code bijwerken; of het doelapparaat opstarten vanaf een USB-station met behulp van de
functionaliteit voor virtuele media van het toestel.
Virtuele media kunnen direct op het toestel worden aangesloten met behulp van één van de vier
USB-poorten. Daarnaast kunnen virtuele media worden aangesloten op elk gewenst extern
werkstation waarop IBM Virtual Console Software (VCS) werkzaam is en dat is aangesloten op het
toestel middels een Ethernet-verbinding. Om een virtuele-media-sessie met een doelapparaat op te
starten, dient dat doelapparaat eerst met behulp van een VCO-kabel op het toestel te worden
aangesloten.
OSCAR graphical user interface (GUI)
Het toestel gebruikt de OSCAR-interface, waarop menu's staan om het switch-systeem te
configureren en computers te selecteren. U kunt doelapparaten aanduiden met een unieke naam,
een eID (elektronisch ID), of poortnummer.
Beveiliging
Gebruik de OSCAR-interface om het switch-systeem te beveiligen met een screensaver-
wachtwoord. Op een door de gebruiker gedefinieerd tijdstip gaat het scherm over op de
screensaver-modus en is toegang tot het switch-systeem alleen mogelijk als het juiste wachtwoord
wordt ingevoerd.
Gebruiksmodi
Met de OSCAR-interface zijn verschillende gebruiksmodi mogelijk is voor het systeembeheer van
het toestel. Gebruik deze modi (Broadcasten, Scannen, Switch en Delen) om de switch-activiteiten
te regelen. Zie hoofdstuk 3, "Basisbediening", vanaf pagina 21 voor meer informatie.
Video
Met het toestel is een optimale resolutie mogelijk voor analoge VGA-, SVGA- en XGA-video.
U kunt een resolutie bereiken van maximaal 1280 x 1024, afhankelijk van de lengte van de kabel
tussen het toestel en de doelapparaten.
Flash-upgrades
U kunt het toestel via de netwerkpoort op elk moment upgraden om te zorgen dat u altijd de meest
actuele versie in huis heeft. Zie "Bijlage A", vanaf pagina 49 voor meer informatie.
Hoofdstuk 1: Productoverzicht
3