nl Programma's
10.20 Programmatabel
De programmanummers zijn aan bepaalde gerechten toegewezen.
Nr. Gerecht
11 Pizza, dunne bodem
diepvries, voorgebak-
ken
12 Pizza, dikke bodem
diepvries, voorgebak-
ken
13 Lasagne
diepvries
14 Frites
diepvries
15 Afbakbroodjes
diepvries, voorgebak-
ken
16 Aardappelgratin
17 Pastaschotel
met voorgegaarde
pasta
18 Aardappels uit de
oven, heel
ongeschilde, kruimige
aardappels
19 Eenpansgerecht, met
groente
vegetarisch
20 Eenpansgerecht, met
vlees
21 Goulash
Rund- of varkensvlees
in blokjes, met groente
22 Vis, heel
panklaar, gekruid
23 Kip, ongevuld
panklaar, gekruid
24 Stukken kip
panklaar, gekruid
25 Kalkoenfilet
van het stuk, gekruid
26 Eend, ongevuld
panklaar, gekruid
20
Vormen
Gewichtsbereik
Instelgewicht
Braadslede met
0,28-0,4 kg
bakpapier
Totaalgewicht
Braadslede met
0,28-0,6 kg
bakpapier
Totaalgewicht
Originele verpak-
0,3-1,2 kg
king
Totaalgewicht
Braadslede met
0,2-0,75 kg
bakpapier
Totaalgewicht
Braadslede met
0,1-0,8 kg
bakpapier
Totaalgewicht
Ovenschaal zonder
0,5-3,0 kg
deksel
Totaalgewicht
Ovenschaal zonder
0,4-3,0 kg
deksel
Totaalgewicht
Braadslede
0,3-1,5 kg
Totaalgewicht
hoge braadpan
0,5-2,5 kg
met deksel
Totaalgewicht
hoge braadpan
0,5-3,0 kg
met deksel
Totaalgewicht
hoge braadpan
0,5-2,5 kg
met deksel
Totaalgewicht
Braadpan met dek-
0,3-1,5 kg
sel
Gewicht van de
vis
Braadpan met gla-
0,6-2,5 kg
zen deksel
Gewicht kip
Braadpan met dek-
0,1-0,8 kg
sel
Gewicht van het
zwaarste deel
Braadpan met gla-
0,5-2,5 kg
zen deksel
Gewicht kalkoenfi-
let
Braadpan zonder
1,0-2,7 kg
deksel
Gewicht eend
Vloeistof toe-
In-
voegen
schuif-
hoog-
te
nee
3
nee
3
nee
3
nee
3
nee
3
nee
2
nee
2
nee
3
volgens re-
2
cept
volgens re-
2
cept
volgens re-
2
cept
Bodem van
2
de braadpan
bedekken
nee
2
Bodem van
2
de braadpan
bedekken
Bodem van
2
de braadpan
bedekken,
eventueel tot
250 g groen-
te toevoegen
nee
2
Aanwijzingen
voor een tweede piz-
za de aanwijzingen
opvolgen die op de
verpakking staan
voor een tweede piz-
za de aanwijzingen
opvolgen die op de
verpakking staan
-
naast elkaar op de
braadslede leggen
-
-
-
-
Groente met een lan-
ge bereidingstijd
(bijv. wortelen) in klei-
nere stukken snijden
dan groente met een
korte bereidingstijd
(bijv. tomaten)
Het vlees niet eerst
aanbraden
Eerst het vlees erin
doen en daarop de
groente leggen
Het vlees niet eerst
aanbraden
-
Met de borst naar bo-
ven in de pan leggen
-
-
-