De bandbreedte voor hoge tonen instellen (WIDTH (Q))
Draai aan de Draaiknop om de gewenste bandbreedte
voor hoge tonen te selecteren.
WIDE 0,75 NARROW 1,25
De centerfrequentie van de hoge tonen instellen
(CENTER FRQ)
Draai aan de Draaiknop om de gewenste frequentie voor
hoge tonen te selecteren.
7,5K (Hz) 10,0K (Hz) 12,5K (Hz) 15,0K (Hz)
Het niveau voor hoge tonen instellen
Draai aan de Draaiknop om het gewenste niveau voor
hoge tonen te selecteren (–7 tot +7)
U kunt de hoge tonen versterken of verzwakken.
* De aanpassing kan ook worden doorgevoerd door te drukken op
AUDIO. Zie "Subwoofer-niveau/Niveau lage tonen (bass)/Niveau
middentonen/Niveau hoge tonen (treble)/ Balans (balance)
(tussen links en rechts)/ Fader (tussen voor en achter)/Loudness/
Defeat regelen" op pagina 19.
Het bronvolumeniveau instellen
Het uitvoerniveau kan voor elke bron afzonderlijk geregeld worden. Als
het TUNER-niveau bijvoorbeeld stiller klinkt dan het cd-niveau, kunt u
het TUNER-niveau aanpassen zonder dat de andere bronnen hierdoor
beïnvloed worden.
Het spreekniveau voor handenvrij bellen, het beltoonniveau en het
gevoeligheidsniveau van de microfoon kunnen ook via deze instelling
worden aangepast.
Instelitem: VOL LV ADJ
Verdere instelitems: TUNER / DAB+/DMB / DISC / USB / iPod /
BT AUDIO / AUX / PHONE TALK / RING TONE / MIC GAIN
Instelmogelijkheden:
-5 dB tot +5 dB
De hoogdoorlaatfilter aanpassen
De hoogdoorlaatfilter op dit toestel kan worden aangepast aan uw
persoonlijke smaak.
Instelitem: HPF
Instelmogelijkheden:
OFF (standaardinstelling) / 60 (Hz) / 80 (Hz) / 120 (Hz) /
160 (Hz)
Alle frequenties boven de geselecteerde drempel worden
uitgevoerd.
Wanneer de subwoofer is ingeschakeld, kunt u het uitvoerniveau van de
subwoofer aanpassen (zie "Subwoofer-niveau/Niveau lage tonen (bass)/
Niveau middentonen/Niveau hoge tonen (treble)/ Balans (balance)
(tussen links en rechts)/ Fader (tussen voor en achter)/Loudness/Defeat
regelen" op pagina 19).
Instelitem: SUBWOOFER
*
.
De laagdoorlaatfilter op dit toestel kan worden aangepast aan uw
persoonlijke smaak.
Instelitem: SUBW LPF
De uitvoerfase van de subwoofer kunt u instellen op SUBWOOFER
NORMAL (0°) of SUBWOOFER REVERSE (180°). Draai aan de
Draaiknop om de instelling aan te passen.
Instelitem: SUBW PHASE
Wanneer de subwoofer is ingeschakeld, kunt u SYS 1 of SYS 2 kiezen
voor het gewenste subwoofereffect.
Instelitem: SUBW SYS
De subwoofer in- en uitschakelen
(ON/OFF)
Instelmogelijkheden:
OFF / ON (standaardinstelling)
OFF:
Er wordt geen subwoofersignaal uitgevoerd via de
RCA-aansluitingen van de subwoofer (zie "Aansluitingen" op
pagina 47).
ON:
Het subwoofersignaal wordt uitgevoerd via de RCA-aansluitingen
van de subwoofer (zie "Aansluitingen" op pagina 47).
De laagdoorlaatfilter aanpassen
Instelmogelijkheden:
OFF (standaardinstelling) / 60 (Hz) / 80 (Hz) / 120 (Hz) /
160 (Hz)
Alle frequenties onder de geselecteerde drempel worden uitgevoerd.
De fase van de subwoofer instellen
Instelmogelijkheden:
NORMAL (standaardinstelling) / REVERSE
Het subwoofer-systeem instellen
Instelmogelijkheden:
SUBW SYS 1 / SUBW SYS 2 (standaardinstelling)
SUBW SYS 1:
Het niveau van de subwoofer wijzigt overeenkomstig met de
hoofdvolume-instellingen.
SUBW SYS 2:
Het niveau van de subwoofer wijzigt niet overeenkomstig met de
hoofdvolume-instellingen. Bijvoorbeeld: zelfs bij een laag volume
is de subwoofer nog steeds hoorbaar.
21
-NL