5
26 |
Systeemconfiguratie
De stuurautomaat voor de eerste keer inschakelen
Als de stuurautomaat is geïnstalleerd, moet het systeem worden geconfigureerd en moeten
de inbedrijfstellingsprocedures worden uitgevoerd. Als dit niet correct gebeurt, kan het zijn
dat de stuurautomaat niet goed functioneert.
Voordat u de stuurautomaat inschakelt en een installatie-instelling uitvoert, moeten de
installatie van de hardware en de elektrische installatie zijn voltooid en uitgevoerd conform
de installatie-instructies.
De volgende stappen moeten worden uitgevoerd voordat de stuurautomaat kan worden
gebruikt:
1.
"Netwerkinstellingen" op pagina 27
2.
"Installatie-instellingen" op pagina 31
3.
"Profielen" op pagina 35
4.
"Proefvaart" op pagina 39
Gebruikersinstellingen
Het merendeel van deze instellingen wordt opgegeven tijdens de automatische
opstartprocedure wanneer de stuurautomaat voor het eerst wordt ingeschakeld en na een
reset van de fabrieksinstellingen. Als deze instellingen niet allemaal zijn doorgevoerd, kunt u
het stuurautomaatsysteem handmatig configureren, zoals wordt beschreven in de volgende
secties.
Taalinstellingen
U kunt uit een aantal talen voor de menu's en dialoogvensters kiezen. De geselecteerde taal
geldt voor alle SimNet-units in een AP60-systeem.
Dag- en nachtverlichting
Er zijn opties voor het instellen van de dag- en nachtverlichting. Hiermee optimaliseert u
het kleurenpalet voor omstandigheden met weinig licht. In het dialoogvenster Licht kunt u
wisselen tussen dag- en nachtverlichting.
Bij de dagverlichting is de achtergrond van de display en de toetsen standaard wit; bij de
nachtverlichting is dat rood. U kunt selecteren welke van deze kleuren u wilt gebruiken.
¼ Opmerking:
het helderheidsniveau wordt afzonderlijk aangepast voor de dag- en
nachtverlichting.
Systeemconfiguratie |
AP60 Bedieningshandleiding