16 |
Het snelmenu in de automatische modi
Via het snelmenu in de modi
wijzigen waarmee de ingestelde vaarrichting wordt aangehouden. U kunt de snelheid van
het vaartuig ook instellen als die snelheid niet kan worden afgelezen van sensors.
Via het snelmenu kunnen ook instellingenvensters worden geopend.
•
Open het snelmenu door kort op de toets
Instellingen
Menu's voor het installeren en instellen van het systeem. Zie "Systeemconfiguratie" op pagina
26 verderop.
Roer-gain
Deze parameter bepaalt de verhouding tussen de opgegeven roerhoek en de fout in de
vaarrichting. Hoe hoger de waarde van de roer-gain, hoe meer roer er wordt gebruikt.
A.
De waarde is te hoog ingesteld. De besturing wordt instabiel en vaak wordt er dan meer
afgeweken van de ingestelde koers
B.
De waarde is te laag ingesteld. Het duurt lang om de fout in de vaarrichting te
compenseren en daardoor kan de stuurautomaat niet de juiste koers aanhouden
Tegenroer
Tegenroer is de hoeveelheid tegenwerkende (tegenovergestelde) roerkracht die wordt
gebruikt om het draaien aan het einde van een grote koerswijziging te stoppen.
De instellingen zijn afhankelijk van de eigenschappen, lading/ballast en draaisnelheid van het
vaartuig.
•
Als de boot een goede dynamische stabiliteit heeft, is een relatief kleine waarde toereikend.
•
Voor een instabiel vaartuig moet een hoge waarde worden opgegeven
•
Hoe groter de traagheid van het vaartuig, hoe hoger de waarde moet zijn
Steeds meer tegenroer kan resulteren in meer roeractiviteit, ook bij het varen van een rechte
koers.
De beste manier om de waarde van de tegenroerinstelling te controleren, is tijdens het varen
van bochten.
De afbeeldingen illustreren de effecten van verschillende tegenroerinstellingen.
A.
Te weinig tegenroer = afwijkingsrespons
B.
Te veel tegenroer = trage en stroperige respons
C.
Precies genoeg tegenroer = ideale respons
Voer verschillende koerswijzigingen uit en kijk hoe het vaartuig zich instelt op de nieuwe
vaarrichting.
Begin met kleine koerswijzigingen, 10-20 graden, en ga verder met grotere koerswijzigingen,
60-90 graden.
Pas de teller roerwaarde aan om de best mogelijke respons te krijgen, zoals in afbeelding C.
¼
Opmerking: aangezien veel vaartuigen anders draaien naar bakboord dan naar stuurboord
(door de draairichting van de schroef ), moet u de koerswijzigingen in beide richtingen
uitvoeren. Het resultaat kan een compromis-instelling van tegenroer zijn die enigszins afwijkt
aan de ene zijde, en een enigszins stroperige respons aan de andere zijde geeft.
De bedrijfsmodi |
AP60 Bedieningshandleiding
AUTO
NoDrift
en
kunt u de roerhoek en de tegenroerhoek
MENU
te drukken
A
A
B
B
C