Richtlijnen voor weerbestendig papier
■
Bewaar weerbestendig papier plat in de oorspronkelijke verpakking.
■
Laat het weerbestendige papier in de oorspronkelijke verpakking zitten totdat u het gaat
gebruiken.
■
Bewaar weerbestendig papier niet in zeer droge of vochtige, of extreem warme of koude
omgevingen. Als weerbestendig papier in extreme omstandigheden wordt bewaard, kan de
printer vastlopen of kan het papier kwaliteitsproblemen veroorzaken.
■
Neem het weerbestendige papier uit de verpakking en laat het op kamertemperatuur en bij
normale luchtvochtigheid acclimatiseren voordat u erop gaat afdrukken.
■
Laat het papier niet in de printer zitten als u klaar bent met afdrukken. Hierdoor kan het
papier omkrullen en vastlopen in de printer.
■
Draai de stapel regelmatig om. Als weerbestendig papier erg lang is opgeslagen onder
extreme omstandigheden, kunnen de vellen omkrullen en vastlopen in de printer.
Afdrukken op weerbestendig papier
1.
Plaats het weerbestendige papier in een lade:
Lade 1 (MPT)
■
Enkelzijdig afdrukken: Plaats de weerbestendige vellen met de lange zijde eerst
(aanbevolen) en met de afdrukzijde naar beneden in lade 1 (MPT). Plaats de
bovenkant van de pagina aan de voorkant van de printer.
■
Dubbelzijdig afdrukken: Plaats de weerbestendige vellen met de lange zijde eerst
(aanbevolen) en met de eerste afdrukzijde naar boven in lade 1 (MPT). Plaats de
bovenkant van de pagina aan de voorkant van de printer.
MAX
Phaser® 5500-laserprinter
2-59
Speciaal papier
5500-100