5. Voorafgaand aan het opstarten moeten eventuele door lokale wettelijke voorschriften
vereiste veiligheidsmiddelen worden aangebracht.
6. De pomp mag nooit worden aangedreven tegen een gesloten persklep. Zorg ervoor dat de
druk bij de afvoer niet hoger is dan de maximale druk zoals aangegeven op het kenplaatje
van de pomp. De installatie van een overdrukventiel wordt aanbevolen.
Let op omstandigheden die op cavitatie van de pomp kunnen duiden:
1. Lage druk in de zuigleiding door slechte zuigomstandigheden.
2. Lucht in de aanzuigleiding.
3. De pomptemperatuur is te hoog.
4. Pomp is te groot.
12