Aanwijzing
Bij een storing van het zonnesysteem of als het
zonnesysteem later aangesloten wordt, kan dit
toestel zonder aansluiting aan het zonnecircuit
gebruikt worden.
Zet in dit geval de diagnosecode d.200 op 1.
▶
Zorg ervoor dat de warmte-isolatie van de leidingen vol-
staat om overmatige warmteverliezen te vermijden.
–
Omdat de leidingen buiten aan het weer, ultraviolette
straling en het pikken van vogels blootgesteld en dus
bijzonder gevoelig zijn, dient u voor een doeltreffende
bescherming tegen deze gevaren te zorgen.
▶
Neem een minimum verval in acht om het automatisch
legen van het zonnecircuit te garanderen.
–
Na te leven minimum verval: 4 %
▶
Soldeer alle buisleidingen.
▶
Gebruik geen kunststof leidingen.
▶
Gebruik alleen persverbindingen als de door de fabrikant
toegestane temperatuur 200°C bedraagt.
Voorwaarde: Het gebouw beschikt over een bliksemafleider.
▶
Sluit de zonnecollectoren op de bliksemafleider aan.
5.5.2
Materiaal van de zonnebuizen
Opgelet!
Gevaar voor materiële schade door me-
chanische vervorming of barsten van de
leidingen!
Kunststofleidingen (bijv. PE-buis) kunnen
door de soms heel hoge temperatuur van de
collectorvloeistof vervormen of barsten.
▶
Gebruik geen kunststof leidingen.
▶
Gebruik bij voorkeur koperen buizen.
De keuze van een passende leidingdiameter heeft grote in-
vloed op het rendement van het zonnesysteem. Het systeem
werkt met een slang met 8 mm binnendiameter.
5.5.3
Maximale lengte van de zonnebuizen
Aanwijzing
Om energieverliezen te vermijden, moeten de
hydraulische leidingen van een warmte-isolatie
conform de warmte-isolatievoorschriften voorzien
zijn.
0020181579_06 Installatie- en onderhoudshandleiding
H
De totale lengte van de buizen tussen de zonnecollectoren
en de boiler mag de opgegeven waarden niet overschrijden.
▶
Als de installatie 12 meter hoogte bereikt, installeer dan
een extra pomp.
▶
Neem de gegevens in de onderstaande tabel in acht.
–
L = L1 + L2 + L3
Lengte van de zonnebuis 2 in 1 (L)
190L
1 sensor
Zonder
opvangvat
(toebehoren)
2 sensoren
Zonder
opvangvat
(toebehoren)
Met
opvangvat
(toebehoren)
3 sensoren
Met
opvangvat
(toebehoren)
Aanwijzing
Bij te weinig collectorvloeistof in de installatie
kan de pomp een geluid veroorzaken. Vul het
toestel eventueel bij.
5.5.4
Zonnesysteemaansluiting
Aanwijzing
Het toestel beschikt standaard over volgende
componenten:
- Zonnepomp
- Veiligheidsgroep
- Vulpeilindicator
- Opvangreservoir collectorvloeistof
Gebouwhoogte (H)
8 m
12 m
20 m
20 m
20 m
15 m
–
20 m
20 m
20 m
15