Om een apparaat of een tractor toe te voegen,
3.
Kies
.
Het menu met de selecteerbare apparaten en
tractoren wordt getoond.
4. Gewenste apparaat of gewenste tractor uit de lijst
kiezen.
Het gekozen apparaat of de gekozen tractor
wordt aan de opdracht toegevoegd.
Om de werktijdregistratie voor een apparaat of
5.
tractor te starten,
Kies
.
Om de werktijdregistratie voor een apparaat of
6.
tractor te stoppen,
Kies
.
10.2.5 Kaarttype controleren
Wanneer een opdracht met applicatiekaart in ISO-
XML-formaat uit het Farm Management Informatie
System aan de AMATRON 3 is overgedragen, wordt
hier het kaarttype getoond.
Kaarttype 1: de applicatiekaart wordt in GPS-
Switch weergegeven en de instelwaarden worden
verwerkt.
Kaarttype 2: de applicatiekaart wordt niet in GPS-
Switch weergegeven, maar de instelwaarden
worden verwerkt.
MG5560-NL-II | E.1 | 22.04.2020
10 | Opdrachtbeheer gebruiken
Opdrachten bewerken
CMS-I-001617
CMS-I-001613
CMS-T-006643-B.1
CMS-I-002065
63