11 | GPS-Switch gebruiken
Bestuurderassistentsysteem gebruiken
Het bestuurdersassistentsysteem kan bij de
volgende grenzen worden gebruikt:
Wendakkergrens
Veldgrens
Grens van bewerkt tot onbewerkt oppervlak
Een in de praktijk gebruikelijk schakelpunt is de
wendakkergrens. In de volgende handleiding wordt
het bestuurdersassistentsysteem aan de hand van
het inrijden in de wendakker uitgelegd.
VOORWAARDEN
Bestuurderassistentsysteem geconfigureerd,
zie pagina 85
GPS-Switch is in de automatische modus, zie
pagina 112
1. Naar de wendakker rijden.
Vanaf de geconfigureerde afstand tot de
wendakker wordt een extra symbool voor het
schakelpunt van het apparaat getoond.
De AMATRON 3 geeft twee korte, lage
geluidssignalen.
2. Snelheid vasthouden.
Wanneer het extra symbool de wendakkergrens
heeft bereikt, worden de deelbreedten
uitgeschakeld. Het extra symbool kleurt groen en
blijft op de wendakkergrens staan.
Wanneer de snelheid constant wordt gehouden,
tot de afgifte stopt, blijft het extra symbool groen
van kleur. Er ontstaat geen gemist gedeelte en
geen overlapping.
126
MG5560-NL-II | E.1 | 22.04.2020