De kleurtoon van een beeld wijzigen (My
Colors)
U kunt de kleuren van een beeld wijzigen en het gewijzigde beeld opslaan
als een apart bestand. Zie 'De kleurtoon van een beeld wijzigen (My
Colors)'
(=
64) voor meer informatie over elke optie.
1
Selecteer [My Colors].
z
z
Druk op de knop <n> en kies
[My Colors] op het tabblad [1]
2
Selecteer een beeld.
z
z
Druk op de knoppen <q><r> om een
beeld te kiezen en druk vervolgens op de
knop <m>.
3
Selecteer een optie.
z
z
Druk op de knoppen <q><r> om een
optie te selecteren en druk vervolgens op
de knop <m>.
4
Sla het beeld op als een nieuw
beeld en bekijk dit.
z
z
Voer de stappen 4–5 in 'Het formaat van
beelden wijzigen'
•
Als u beelden meerdere keren op deze manier bewerkt, neemt de
kwaliteit geleidelijk af en krijgt u mogelijk niet de gewenste kleur.
•
De kleur van de beelden die u met deze functie hebt bewerkt, kan licht
afwijken van die van de beelden die zijn opgenomen met de functie My Colors
(=
64).
Foto's
De helderheid corrigeren (i-Contrast)
Extreem heldere of donkere gebieden (zoals gezichten of achtergronden)
kunnen worden gedetecteerd en automatisch worden aangepast aan de
optimale helderheid. Als het gehele beeld niet genoeg contrast heeft, kan
dat voor het maken van opnamen ook automatisch worden gecorrigeerd,
zodat onderwerpen beter opvallen. Kies uit vier correctieniveaus, en sla het
beeld vervolgens op als een apart bestand.
(=
34).
(=
84) uit.
1
Selecteer [i-Contrast].
z
z
Druk op de knop <n> en kies
[i-Contrast] op het tabblad [1]
2
Selecteer een beeld.
z
z
Druk op de knoppen <q><r> om een
beeld te kiezen en druk vervolgens op de
knop <m>.
3
Selecteer een optie.
z
z
Druk op de knoppen <q><r> om een
optie te selecteren en druk vervolgens op
de knop <m>.
4
Sla het beeld op als een nieuw
beeld en bekijk dit.
z
z
Voer de stappen 4–5 in 'Het formaat van
beelden wijzigen'
•
Bij sommige beelden kan de correctie onnauwkeurig zijn of kan
korrelige beelden veroorzaken.
•
Beelden zien er wellicht korrelig uit nadat u ze herhaaldelijk hebt
bewerkt met behulp van deze functie.
•
Als met [Auto] niet de verwachte resultaten kunnen worden bereikt, probeert u
de beelden te corrigeren met [Laag], [Middel] of [Hoog].
Voorblad
Voorblad
Foto's
Opmerkingen vooraf
en wettelijke informatie
Inhoudsopgave:
basishandelingen
Basishandleiding
Handleiding voor
Handleiding voor
gevorderden
gevorderden
1
Basishandelingen
van de camera
2
Smart Auto-
modus
3
Andere
(=
34).
opnamemodi
4
P-modus
5
5
Afspeelmodus
Afspeelmodus
6
Wi-Fi-functies
7
Menu
Instellingen
8
Accessoires
9
Bijlage
Index
(=
84) uit.
86