Beeldkwaliteit van films wijzigen
Er zijn 2 instellingen voor beeldkwaliteit beschikbaar. Zie Opnametijd per
geheugenkaart
(=
148) voor richtlijnen voor de maximale filmlengte die bij
elk beeldkwaliteitsniveau op een geheugenkaart past.
Configureer de instelling.
z
z
Druk op de knop <m> en kies [
menu. Kies vervolgens de gewenste optie
(=
X
X
De optie die u hebt ingesteld, wordt nu
weergegeven.
z
z
Als u wilt terugkeren naar de
oorspronkelijke instelling, herhaalt u deze
procedure, maar selecteert u [
Beeldkwaliteit
Resolutie
Aantal beelden
1280 x 720
25 fps
640 x 480
30 fps
•
In de modus [
] geven zwarte balken aan de boven- en onderkant op het
scherm aan welke gebieden niet worden vastgelegd.
Films
] in het
33).
].
Details
Voor opnamen in HD
Voor opnamen in SD-kwaliteit
Handige opnamefuncties
Raster weergeven
Als verticale en horizontale referentie tijdens het opnemen kunnen op het
scherm rasterlijnen worden weergegeven.
Configureer de instelling.
z
z
Druk op de knop <n>, selecteer
[Raster] op het tabblad [4] en selecteer
[Aan]
X
X
Zodra de instelling is voltooid, wordt het
raster op het scherm weergegeven.
z
z
Als u wilt terugkeren naar de
oorspronkelijke instelling, herhaalt u deze
procedure, maar selecteert u [Uit].
•
Rasterlijnen worden niet opgeslagen bij de opname.
Foto's
Films
(=
34).
Voorblad
Voorblad
Opmerkingen vooraf
en wettelijke informatie
Inhoudsopgave:
basishandelingen
Basishandleiding
Handleiding voor
Handleiding voor
gevorderden
gevorderden
1
Basishandelingen
van de camera
2
2
Smart Auto-
Smart Auto-
modus
modus
3
Andere
opnamemodi
4
P-modus
5
Afspeelmodus
6
Wi-Fi-functies
7
Menu
Instellingen
8
Accessoires
9
Bijlage
Index
46