Gebruik
4
Verplaatsbare verlichting
4.6.2
Werking van het batterijensysteem
Fig. 32:
Leds voor het batterijensysteem
Werking indien de verplaatsbare verlichting aangesloten is op de netvoeding.
•
Tijdens de werking op netvoeding is de led van de stekker
•
Tijdens het opladen van de batterijen branden de leds 3 t/m 8
•
Als de batterijen zijn opgeladen, knippert led 8
Werking indien de verplaatsbare verlichting aangesloten is op de batterijen.
•
Tijdens de werking op batterijen is de led van de batterijen
•
In geval van stroomuitval zorgen de batterijen voor stroom. De batterijen lopen dan geleidelijk
leeg.
•
Het laadniveau van de batterijen wordt aangegeven door de leds 3 t/m 8
leeglopen, verplaatst de indicator zich van (+) naar (-).
•
Bij een volledig lege batterij, schakelt een alarmsignaal in en led 2
•
De verlichting gaat automatisch uit na het alarmsignaal (bescherming tegen volledig leeglo-
pen).
40 / 60
1
A
AN W IJZIN G
De minimale oplaadtijd van de batterijen bedraagt 10 uur.
A
AN W IJZIN G
De LUCEA 50 kan minimaal 3 uur lang op batterijen werken (met volle batterijen),
voor de LUCEA 100 bedraagt deze termijn 8 uur.
2
3
groen
1
achtereenvolgend.
3
.
4
groen
2
gaat rood branden.
2
4
. Als de batterijen
3
LUCEA 50-100
IFU 01741 NL 11