• Acute of chronische duizeligheid;
• Audiometrisch air-bone gap gelijk aan of groter dan
15 dB bij 500 Hz, 1.000 Hz en 2000 Hz;
• Zichtbaar bewijs van significante oorsmeeropeenhoping
of een vreemd voorwerp in de gehoorgang;
• Pijn of vervelend gevoel in het oor;
• Afwijkend uiterlijk van het trommelvlies en de
gehoorgang zoals:
• Ontsteking van de externe gehoorgang
• Geperforeerd trommelvlies
• Andere afwijkingen waarvan de audicien denkt dat
ze medisch zorgelijk zijn.
Er moet zorgvuldig worden gekeken naar welk hoortoestel
wordt gekozen en geplaatst. Als het een maximale
geluidsdrukniveau van meer dan 132 dB heeft, kan dit een
risico voor het restgehoor van de hoortoestelgebruiker vormen.
(Deze waarschuwing is alleen vereist voor hoortoestellen met
een maximaal geluidsdrukniveau van meer dan 132 dB).
81