Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Controle Functionaliteit Van Veiligheidsvoorzieningen; Wateraanvoertemperatuursensor; Wateraanvoerschakelaar; Min. Gasdrukschakelaar - elco TRIGON XXL Bedienings- En Installatiehandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Inbedrijfstelling

Controle functionaliteit van veiligheidsvoorzieningen

1
2
3
4
Controle functionaliteit van veilig-
heidsvoorzieningen
Alle veiligheidsvoorzieningen moeten
gecontroleerd worden om te verze-
keren dat ze correct werken. Bij een
standaardketel komen de volgende vei-
ligheidsvoorzieningen voor: wateraan-
voertemperatuursensor, wateraanvoer-
schakelaar, minimumgasdrukschakelaar
en ionisatie-elektrode. Deze voorzienin-
gen kunnen gecontroleerd worden zoals
hieronder beschreven.

Wateraanvoertemperatuursensor (1)

Ontkoppel de stekker van de sensor ter-
wijl de ketel ingeschakeld is. Dit moet lei-
den tot lock-out nr. 20.
De lock-out zou moeten verdwijnen zo-
dra de stekker teruggeplaatst is, en de
ketel zal opnieuw opstarten.

Wateraanvoerschakelaar (2)

Sluit (traag!) de klep in de aanvoeraan-
sluiting naar het systeem, terwijl de ketel
op minimumlast draait.
5
Wanneer de klep bijna gesloten is en er
onvoldoende water aangevoerd wordt,
wordt de wateraanvoerschakelaar uit-
geschakeld en gaat de ketel in lock-out
164. Open de klep. Een handmatige re-
set is noodzakelijk.

Min. gasdrukschakelaar (4)

Sluit de gaskraan terwijl de ketel in
stand-by staat (
op de gasklep (3) terwijl u de gasdruk op
het meetpunt van de gasdrukschakelaar
(5) meet.
De ketel gaat in lock-out nr. 132 zodra
de instelling voor de uitschakeling van
6
de schakelaar is bereikt. Sluit de beide
meetpunten en open de gaskraan.
7
b
). Open het meetpunt
7
Ionisatie-elektrode (7)
Ontkoppel de stekker van de ionisatie-e-
lektrode terwijl de ketel in werking is; de
ketel gaat in lock-out nr. 128. De ketel
zal proberen om opnieuw op te starten.
Doordat de stekker is verwijderd, leidt de
herstart tot lock-out nr. 133.
Als de stekker al opnieuw is geplaatst,
zal de herstart met succes worden uitge-
voerd.
De ionisatiestroom kan gemeten worden
door tussen de ionisatie-elektrode en de
respectieve elektrische aansluiting een
multimeter (ingesteld op µA) te monte-
ren.
De ionisatiestroom moet altijd meer be-
dragen dan 1,51 µA, in normale omstan-
digheden zal deze waarde 8 µA en meer
zijn.
Controle op gasdichtheid
Controleer of alle afgedichte aansluitin-
gen gasdicht zijn met een goedgekeurde
zeep of een elektronisch gasanalysetoe-
stel, bijvoorbeeld:
Meetpunten
Boutverbindingen
Pakkingen van het mengsysteem
enz.
Keteluitschakeling
Als de ketel voor langere perioden buiten
gebruik wordt gesteld, dient hij volgens
onderstaande procedure uitgeschakeld
te worden:
Schakel de ketel in stand-by (
Schakel de ketel uit via de aan/uit-
schakelaar (6).
Onderbreek de voeding naar de ke-
tel door de hoofdonderbreker in de
verwarmingsruimte te deactiveren.
Sluit de gastoevoer naar de ketel
af.
b
).
147

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave