POMPMODULE
7.9.2
Eenheidsmodules M/S (MUSE) aansluiting
Het MUSE-systeem gebruikt het Modbus communicatieprotocol om alle units te besturen en te coördineren. De apparaten van het
systeem gebruiken poort T1 van de POL 468 voor de Modbus-communicatie.
In de volgende afbeelding wordt getoond hoe de 4 PLC's op hetzelfde Modbus-netwerk worden aangesloten.
Modulaire eenheid #1 +
MUSE
Voordat u begint
•
Controleer of alle hydraulische aansluitingen correct zijn gemaakt, of de informatie op de platen is nageleefd en of er een
filter is voor het gehele modulaire systeem.
•
Controleer of de circulatiepomp(en) werkt (werken) en of de waterstroomsnelheid voldoende is om het contact van de
stromingsschakelaar, indien geïnstalleerd, te sluiten.
•
Controleer het waterdebiet door het drukverschil tussen inlaat en uitlaat van de verdamper te meten en bereken het debiet
met behulp van de drukvalgrafieken van de verdamper in deze handleiding.
•
Elke verdeelmodule is uitgerust met afsluitkleppen. Open of sluit de afsluiters om de juiste drukverliezen in de wisselaar te
bereiken, zodat de juiste waterstroomsnelheid wordt bereikt.
D-EIMHP01702-23_00NL- 60/72
Fig. 60 - Details van de plaatsing van de sondes op de pijpen
Fig. 61 - Aansluiting van 4 PLC's op hetzelfde Modbus-netwerk
Modulaire eenheid #2
CONDENSER
CONDENSER
UITLAATLEIDING
AANSLUITLEIDING
AANSLUITLEIDING
VERDAMPER
Modulaire eenheid #3
Modulaire eenheid #4
Gemeenschappelijke
condensoruitgangstem
peratuursensor
VICTAULIC-KOPPELING
UITLAATLEIDING
VERDAMPER
Gemeenschappelijke sonde voor
de temperatuur bij het verlaten
van de verdamper