5
RICHTLIJNEN VOOR EXTERNE CONDENSORTOEPASSING (EWLT-QVERSIE)
Het ontwerp van de toepassing van de externe condensor en de dimensionering van het leidingwerk en het leidingtraject is de
verantwoordelijkheid van de ontwerper van de installatie.
Deze paragraaf is alleen bedoeld als suggestie voor de ontwerper van de installatie; er kunnen verschillende oplossingen word en
overwogen op basis van de eigenaardigheden van de toepassing.
Voor externe condensortoepassingen, zoals luchtgekoelde of verdampingscondensors, worden de koelmachines geleverd met een
stikstoflading. Het is belangrijk dat de unit goed gesloten blijft totdat de externe condensor is geïnstalleerd en naar de un it is geleid.
Koelers worden standaard geleverd met filterdroger, vochtigheidsindicator en expansieventiel af fabriek gemonteerd.
Het is de verantwoordelijkheid van de aannemer om de verbindingsleidingen te installeren, deze en het gehele systeem op lekke n
te testen, het systeem te evacueren en de koelmiddelvulling te leveren.
Alle leidingen moeten voldoen aan de geldende plaatselijke en landelijke voorschriften.
Gebruik alleen koperen koelmiddelleidingen en isoleer de koelleidingen van de gebouwconstructies om overdracht van
vibratie.
Het is belangrijk dat de afvoerleidingen bij de condensor worden doorgelust en bij de compressor worden afgesloten om te voorkomen
dat het koelmiddel.
en olie uit de compressoren te laten lopen; het doorlussen van de persleiding zorgt ook voor meer flexibiliteit.
Gebruik geen zaag om de eindkappen te verwijderen. Hierdoor zouden kopersplinters het systeem kunnen verontreinigen. Gebruik
een buizensnijder of verwarmen om de doppen te verwijderen. Bij het zweten van koperen verbindingen is het belangrijk om droge
stikstof door het systeem te laten stromen voordat met koelmiddel te vullen. Dit voorkomt ketelsteenvorming en de mogelijke vorming
van een explosief mengsel van koelmiddel. en lucht. Dit voorkomt ook de vorming van giftig fosgeengas, dat ontstaat wanneer het
koelmiddel wordt blootgesteld aan open.vlam.
Zacht soldeer mag niet worden gebruikt. Gebruik voor koper-koperverbindingen een fosfor-koper soldeer met 6% tot 8% zilver. A
voor koper-op-messing of koper-op-staal verbindingen moet hardsoldeer met een hoog zilvergehalte worden gebruikt. Gebruik alleen
autogeen solderen.
Nadat de apparatuur correct is geïnstalleerd, op lekken is gecontroleerd en leeg is gemaakt, kan ze met koelmiddel worden gev uld
en onder toezicht van een door Daikin erkende technicus worden opgestart.
De totale koudemiddelvulling is afhankelijk van de gebruikte externe condensor en het volume van de koudemiddelleidingen.
Keuze van leidingmateriaal
1-
Vreemde materialen in leidingen (inclusief oliën voor fabricage) moeten 30 mg/10 m of minder zijn.
2-
Gebruik de volgende materiaalspecificatie voor koudemiddelleidingen:
- constructiemateriaal: Fosforzuur deoxideert naadloos koper voor koelmiddel.
- maat: Bepaal de juiste maat aan de hand van "Technische specificaties".
- de leidingdikte van de koudemiddelleidingen moet voldoen aan de relevante plaatselijke en landelijke voorschriften.
Voor R32 is de ontwerpdruk 49 bar.
3-
Als de vereiste buismaten (inch-maten) niet beschikbaar zijn, mogen ook andere diameters (mm-maten) worden gebruikt,
rekening houdend met het volgende:
- selecteer de pijpmaat die de vereiste maat het dichtst benadert.
- gebruik de geschikte adapters voor de omschakeling van inch- naar mm-buizen (veldtoevoer).
Installatie-informatie voor condensorloze units
Dit product is in de fabriek opgeladen met N2 (houdlading)
De units zijn voorzien van een koelmiddelinlaat (afvoerzijde) en een koelmiddeluitlaat (vloeistofzijde) voor de aansluiting o p een
externe condensor. Dit circuit moet worden verzorgd door een bevoegd technicus en moet voldoen aan alle relevante nationale e n
lokale voorschriften.
Het koelcircuit aansluiten
Wanneer een condensatoreenheid zonder condensor onder de condensatie-eenheid wordt geïnstalleerd, kan het volgende
gebeuren:
- Als de unit stopt, keert de olie terug naar de perszijde van de compressor.
- Bij het starten van de unit kan dit leiden tot vloeistof- (olie-) hamerslag.
- De oliecirculatie neemt af
Om deze fenomenen op te lossen, moet u om de 10 m olieafscheiders in de afvoerleiding plaatsen als het niveauverschil meer da n
10 m bedraagt.
D-EIMHP01702-23_00NL- 30/72