Download Print deze pagina

Satel INTEGRA Plus Programmeerhandleiding pagina 98

Verberg thumbnails Zie ook voor INTEGRA Plus:

Advertenties

96
 op gespecificeerde tijdsintervallen (intact melding). Programmeer de tijdsintervallen
wanneer de test rapportages verzonden dienen te worden als het alarmsysteem
uitgeschakeld is en wanneer het alarmsysteem ingeschakeld is (aantal dagen, uren en
minuten). De test rapportagecode zal worden verzonden:
– nadat een gedefinieerde tijdsperiode verlopen is sinds de laatste transmissie,
onafhankelijk of dit nu een test rapportage was of een andere verzonden gebeurtenis
code (de T
EST RAPPORTAGE ALTIJD VERZENDEN
– op gedefinieerde tijdsintervallen (de T
ingeschakeld).
10.2 Meldkamer instellingen
10.2.1 Rapportage via de telefoon
1. Schakel de R
APPORTAGE
2. Ga naar telefoon opties (zie: "Telefoon opties" p. 73):
– Bepaal hoe de telefoonnummers worden gebeld (T
bellen de – P
ULS BELLEN
– Bepaal of het alarmsysteem, voor het bellen van het nummer, de telefoonlijn op een
kiestoon dient te controleren (G
3. Bepaal of de gebeurteniscodes verzonden moeten worden naar beide meldkamers, of
maar naar één (PAC 1
4. Programmeer het volgende voor de meldkamer waarnaar de gebeurteniscodes verzonden
worden:
– telefoonnummer,
– het rapportage formaat waarin de codes verzonden zullen worden,
– het aantal pogingen om verbinding met de meldkamer te kunnen krijgen waarna, indien
er geen verbinding gemaakt kan worden, de rapportage wordt uitgesteld door het
alarmsysteem (H
– de tijd voor hoelang de rapportage wordt uitgesteld nadat het geprogrammeerd aantal
belpogingen om verbinding te kunnen maken met de meldkamer is gemaakt (U
),
TIJD
– de klantnummers welke met de gebeurtenis mee verzonden worden,
– toekenning gebeurtenissen (indien PAC 1
– geavanceerde opties (indien het Ademco Express, Contact ID, SIA of TELIM formaat
geselecteerd is).
5. Indien een ander rapportage formaat geselecteerd is als C
(
):
VOLLEDIG
– wijs klantnummers toe aan de blokken, zones, bediendelen en uitbreidingsmodules,
– programmeer de codes voor de gebeurtenissen die verzonden moeten worden.
6. Bepaal de parameters voor de test transmissies.
10.2.2 Rapportage via Ethernet
Een ETHM-1/ ETHM-1 Plus module moet aangesloten zijn op het alarmsysteem.
Gebeurtenissen in het TELIM formaat kunnen niet worden verzonden via het Ethernet
netwerk.
1. Schakel de R
APPORTAGE
2. Bepaal of de gebeurteniscodes verzonden moeten worden naar beide meldkamers, of
maar naar één (PAC 1
Programmeer handleiding
– T
optie in.
ELEFOON
1/1,5 (
:1/2) optie),
UIT
EEN KIESTOON TEST
2 / PAC1 / PAC 2 / PAC 1
OF
),
ERHALINGEN
– ETHM-1 / R
2 / PAC1 / PAC 2 / PAC 1
OF
optie uitgeschakeld),
EST RAPPORTAGE ALTIJD VERZENDEN
OON KIEZEN
optie).
2).
EN
2 geselecteerd is),
EN
– ETHM/INT-GSM optie in.
APPORTAGE
EN
optie en in geval van puls
ID (
ONTACT
VOLLEDIG
2). Als de INT-GSM / INT-GSM
SATEL
optie
ITSTEL
) of SIA

Advertenties

loading