4
Installatieprocedures
Dit hoofdstuk bevat instructies over de vereisten voor de installatielocatie en het uitpakken,
installeren en opnieuw inpakken van de EZ2.
4.1
Installatieomgeving
De EZ2 is een plug-and-play-instrument. Procedures voor het uitpakken en installeren zijn eenvoudig
te volgen, maar de installatie moet worden gedaan door een persoon die ervaring heeft met
laboratoriumapparatuur.
4.1.1
Locatievereisten
De EZ2 mag niet in direct zonlicht worden geplaatst of dicht bij hittebronnen en bronnen die
vibraties en elektrische storing kunnen veroorzaken. Raadpleeg de paragraaf Technische
specificaties (zie pagina 167) voor de bedrijfsomstandigheden (temperatuur en luchtvochtigheid).
Op de installatielocatie mag er geen sprake zijn van veel tocht, veel vocht, veel stof en grote
temperatuurschommelingen.
Gebruik een waterpas werkbank die groot genoeg is voor de EZ2 en die het instrument kan dragen.
Raadpleeg de paragraaf Technische specificaties (zie pagina 167) voor het gewicht en de
afmetingen van de EZ2. Zorg dat de werkbank droog, schoon en vrij van trillingen is en dat er
extra ruimte beschikbaar is voor accessoires.
De EZ2 moet binnen circa 1,5 meter van een goed geaard stopcontact worden geplaatst. De
voedingskabel naar het instrument moet een stabiele spanning hebben en beveiligd zijn tegen
overspanning. Zorg dat de EZ2 zodanig wordt gepositioneerd dat de gebruiker gemakkelijk
toegang heeft tot de stroomaansluiting aan de achterkant en de aan-uitschakelaar aan de voorkant
van het instrument, zodat het instrument eenvoudig kan worden uitgeschakeld en losgekoppeld.
Opmerking: het wordt aanbevolen om het instrument in een eigen stopcontact te steken en om dit
stopcontact niet met andere laboratoriumapparatuur te delen.
WAARSCHUWING
Explosiegevaarlijke omgeving
Het
explosiegevaarlijke omgeving.
Gebruiksaanwijzing EZ2 Connect MDx
EZ2-instrument
is
niet
bedoeld
05/2022
voor
gebruik
in
een
44