5.1.1
De warmtepomp aansluiten en configureren
Afb.23
1 Buitentemperatuursensor
2 Bekabelingsset voor directe vloerverwarming
3 Smart TC° aangesloten thermostaat
Toegangspad
>
Installateur > Systeeminstallatie > Zone1
Parameter
Groepfunctie
CP020
Stooklijn
Groep, hoek stookln
CP230
Taanv setp max
groep
CP000
Toegangspad
>
Installateur > Systeeminstallatie > Warmtepomp > Koeling
Parameter
Koelen
AP028
7748697 - v04 - 30062021
1
3
2
AB
4
M
B
A
8
1. Sluit de accessoires en opties aan op de besturingsprint EHC–04.
Houd u aan de juiste kabeldoorvoeren voor 230-400 V en 0-40 V.
2. Volg het hieronder gegeven toegangspad voor toegang tot de
parameters voor de vloerverwarming (Zone1).
3. Configureer de parameters voor de vloerverwarming (Zone1).
Beschrijving
Functionaliteit van de groep
Waarde van de helling van de verwar
mingscurve
Instelpunt maximale
aanvoertemperatuur groep
4. Stel de toestemming voor koelen in.
Beschrijving
Configuratie van de koelmodus
2
230V ou 400V
50Hz
5
4 Keerklep verwarming/sanitair warm water
5 Sanitair-warmwatersensor
8 Buitenunit-busaansluiting
Aanpassing vereist
Actieve koeling
5 Aansluitschema's en configuratie
8
4
X23
X25
EHC-04
X12
Aanpassing vereist
Fabrieksinstelling: Circuit direct
Stel de parameter in, afhankelijk van
uw installatie:
Menggroep
Ventilatorconvector
Alleen deze twee instellingen worden
gebruikt voor koeling.
Stel in tussen 0,4 en 0,7 (voor een
vloerverwarmingscircuit).
Pas de waarden van de stooklijn aan
om maximaal comfort te realiseren.
Fabrieksinstelling: 75°C
Pas de temperatuur aan zoals vereist.
AWHP MIV-S
X28
1
3
5
MW-5000766-3
29