9 BEDIENINGSINSTRUCTIES – PRINCIPES EN PROCEDURES
9.1
AUTOMATISCHE BODEMSCHUINSTELLING
DH-S* onderschuiflaadkleppen zijn uitgerust met 2 schuinstelcilinders. Bij het openen van het platform laten ze de bediener toe
de helling van het platform aan te passen aan de helling van de grond en zo te zorgen voor een zo groot mogelijke stabiliteit van
de lading op het platform.
Laadklep zonder schuinstelcilinders
DH-S* laadkleppen werden ontworpen als laadkleppen met vlak
platformverloop en automatische bodemschuinstelling. Dit betekent:
Tijdens het dalen blijft het platform evenwijdig met de laadvloer totdat
het de grond raakt. Daarna wordt het platform automatisch omlaag
gekanteld naar een schuine positie die laden en lossen toelaat
wanneer men de knop(pen) voor DALEN ingedrukt houdt.
Wanneer men de knop(pen) indrukt om het platform van de grond te
doen STIJGEN, zal het eerst stijgen vanuit zijn schuine positie tegen
de grond naar een horizontale positie, waarna het verder met vlak
platformverloop tot aan de laadvloer zal stijgen.
Voor de bodemschuinstelling is het NIET nodig een bijkomende
schuinstellingsknop te activeren, zoals wel het geval is bij verschillende
concurrerende producten.
De automatische schuinstelling heeft een "geheugen": de helling van het
platform (ingesteld door de bediener bij het openen van het platform) wordt
automatisch herhaald bij elke nieuwe cyclus van STIJGEN. Deze helling
wordt herhaald of "gememoriseerd".
De automatische schuinstelling wordt best gebruikt met extra bedieningen die enkel STIJGEN/DALEN toelaten: voetbedieningen,
draagbare bedieningen met 2 knoppen, vaste, geïntegreerde bedieningen met 2 knoppen. DHOLLANDIA raadt ten strengste aan
dat u GEEN draagbare bedieningen met 3 of 4 knoppen gebruikt, die ook de functies KANTEL OMHOOG en KANTEL OMLAAG
zouden toelaten.
Het gebruik van draagbare bedieningen met 3 of 4 knoppen (waaronder OPENEN/SLUITEN of KANTEL
OMHOOG/KANTEL OMLAAG) kan tot verwarring en fouten leiden.
Bij incorrect gebruik of gebruik vanuit een onveilige werkpositie kan het gebruik van dergelijke bedieningen
leiden tot schade aan de laadklep en een ernstig lichamelijk letsel of de dood van de bediener of
omstanders. Uiterste voorzichtigheid is geboden bij het gebruik van dergelijke draagbare extra
bedieningen met kantelfunctie. Zie ook 9.4 vanaf pagina 39.
DHOLLANDIA
OPMERKING
WAARSCHUWING
34
Laadklep met schuinstelcilinders