In de onderstaande tabel wordt aangegeven welke papiersoorten
u in de boven- en voorinvoer kunt laden en in welke stand de
papierdiktehendel voor elke papiersoort moet worden gezet.
Voor meer informatie over de papierdiktehendel, raadpleegt u
het gedeelte pagina 2-3.
Paper type
Gewoon losbladig papier
doorslagformulieren (zonder
carbonpapier)
2 vellen (origineel + 1 doorslag)
3 vellen (origineel +2 doorslagen)
4 vellen (origineel +3 doorslagen)
5 vellen (origineel +4 doorslagen)
Briefkaarten
Enveloppen
Opmerking:
Als afdrukken vlekkerig zijn, kunt u de afdrukkwaliteit vaak verbe-
teren door de papierdiktehendel één stand hoger te zetten.
Als afdrukken vaag of onvolledig zijn, kunt u de afdrukkwaliteit
vaak verbeteren door de papierdiktehendel één stand lager te zetten.
Laad geen papier dat beschadigd, omgekruld of gekreukeld is.
Losbladige doorslagformulieren laden
U kunt losbladige doorslagformulieren vel voor vel in de boven-
of voorinvoer laden volgens de instructies in "Losse vellen in de
boveninvoer laden" (op pagina 3-8) of "Losse vellen in de voor-
invoer laden" (op pagina 3-11). Respecteer bovendien de volgen-
de richtlijnen:
Beschikbare
Stand papier-
invoereenheden
diktehendel
Boven- en
-1 of 0
voorinvoer
1
2
Boven- en
3
voorinvoer
5
Boven- en
2
voorinvoer
Top
2/m 6
Afdrukken op losse vellen
3
3-3