De paginalengte-instellingen
van de printer voor de
voorste of achterste tractor
komen niet overeen met het
formaat van het gebruikte
kettingpapier.
Problemen met afdrukken of afdrukkwaliteit
De printer drukt niet wanneer de computer gegevens
verzendt.
Oorzaak
Het afdrukken is tijdelijk
onderbroken.
De interfacekabel is niet
goed aangesloten.
De interfacekabel voldoet
niet aan de printer- en/of
computerspecificaties.
Controleer de paginalengte-
instellingen voor de voorste of
achterste tractor met behulp van de
standaardinstellingenmodus of het
hulpprogramma EPSON Remote!. Zie
"Informatie over
standaardinstellingen van de printer"
in hoofdstuk 5 of "Het
hulpprogramma EPSON Remote!
gebruiken" in hoofdstuk 4.
Oplossing
Druk op de Pause-knop.
Controleer of de kabel goed
aangesloten is op zowel de computer
als de printer. Als de kabel goed
aangesloten is, kunt u de verderop in
dit hoofdstuk beschreven zelftest
uitvoeren.
Gebruik een interfacekabel die zowel
aan de vereisten van de printer als de
computer voldoet. Voor meer
informatie raadpleegt u het gedeelte
pagina Appendix A-3 en de
documentatie van uw computer.
Probleemoplossing
7
7-11