De printerdriver vanuit het Control Panel
(Configuratiescherm) openen
U opent de printerdriver als volgt vanuit het Control Panel (Con-
figuratiescherm):
1. Dubbelklik in het venster Hoofdgroep op het pictogram Print
Manager (Afdrukbeheer). Het venster Afdrukbeheer geo-
pend wordt.
2. Selecteer uw printer , klik op Printer en selecteer Properties
(Eigenschappen). Het dialoogvenster met de printergegevens
verschijnt.
3. Klik op de knop Details en vervolgens op Job Default. Het
venster Document Properties verschijnt, met daarin de printer-
driverinstellingen Form en Orientation. Raadpleeg het volgen-
de gedeelte voor meer informatie over de deze instellingen.
4. Klik op Options (Opties) om het dialoogvenster Advanced
Document Properties te openen, met daarin de printerdrive-
rinstellingen Graphics Resolution, Color en Optimization.
Raadpleeg het volgende gedeelte voor meer informatie over
de deze instellingen.
Overzicht van de printerdriverinstellingen
De printerdriver heeft twee dialoogvensters: Document Proper-
ties en Advanced Document Properties. De printerdriverinstel-
lingen in elk van deze dialoogvensters worden hieronder
beschreven. Raadpleeg de vorige gedeeltes als u wilt weten hoe
u deze dialoogvenster moet openen.
Als u de gewenste instellingen vastgelegd hebt, klikt u op OK om
de instellingen toe te passen of op Cancel (Annuleren) om de
gemaakte veranderingen te annuleren.
4-20
De printersoftware gebruiken