Instructies voor in- en uitvoer van parameter- en
correctiewaardelijsten
De door de teller via de aansluiting V.24/RS-232-C
uitgevoerde lijsten kunnen met een terminalprogramma (b.v.
hyperterminal, in leveringsomvang van Windows
als tekstbestand worden ontvangen en in de PC worden
opgeslagen. (Elke lijst moet als eigen tekstbestand worden
opgeslagen.) U kunt de tekstbestanden met het
terminalprogramma weer naar de teller verzenden.
Met de teksteditor kunt u - indien noodzakelijk - de
tekstbestanden bewerken en bijvoorbeeld de parameter–
waarden wijzigen. U moet daarvoor echter kennis van het
uitvoerformaat van de lijsten hebben (zie volgende
bladzijden). De teller verwacht bij de ontvangst van lijsten
hetzelfde formaat als bij de uitvoer.
Bij de ontvangst van lijsten wacht de teller eerst op het
startteken < * >. Met de ontvangst van het afsluitteken < * >
wordt de ontvangst beëindigd.
Bij ontvangen lijsten wordt eerst het tellertype gecontroleerd
(2e regel in de uitvoerlijst). De ontvangende teller accepteert
uitsluitend lijsten van hetzelfde type. Bovendien wordt
gecontroleerd of de lijst compleet is. Lijsten met
bijvoorbeeld ontbrekende of te veel parameters worden ook
genegeerd. In geval van een fout toont de teller de volgende
foutmelding:
FT. ONTV.
52
foutmelding met de toets CL.
Wis de
Bij ontvangst van ongeldige parameterwaarden stelt de teller
de bedrijfsparameters in op de uitgangspositie.
B.v.: "P01
Waarde 3 is niet toegestaan. Parameter P01 wordt op de
®
begrepen)
uitgangspositie "P01 MM = MM = 0" ingesteld.
INCH = INCH = 3"