Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

HP psc 2500 photosmart all-in-one Series Referentiehandleiding pagina 97

Inhoudsopgave

Advertenties

Veld
URL
Apparatuuradres
Firmware-versie
Host-naam
IP-adres
Subnetmasker
Standaard gateway
Referentiehandleiding
Beschrijving
Het webadres van de ingebouwde webserver. De URL wordt
weergegeven in de volgende notatie: http://<ip-adres>.
Opmerking:
U hebt deze URL nodig als u toegang wilt tot de
ingebouwde webserver.
Het MAC-adres (Media Access Control) dat een unieke identificatie
vormt van de HP PSC. Dit is een uniek identificatienummer van twaalf
cijfers dat voor identificatiedoeleinden aan netwerkhardware wordt
toegewezen, als een digitale vingerafdruk. Twee apparaten kunnen
nooit hetzelfde MAC-adres hebben.
Opmerking:
Sommige ISP's vereisen dat u het MAC-adres van de
netwerkkaart of LAN-adapter die op uw kabel- of DSL-modem is
aangesloten tijdens de installatie registreert.
De revisiecode van de firmware van de interne netwerkcomponent en het
apparaat, gescheiden door een streepje.
Opmerking:
Als u belt voor ondersteuning, kan afhankelijk van het
probleem, om de revisiecode van de firmware worden gevraagd.
De TCP/IP-naam die door de installatiesoftware aan het apparaat is
toegewezen. Standaard zijn dit de letters NPI, gevolgd door de laatste
zes cijfers van het MAC-adres. U kunt de apparaatnaam ook
configureren via de ingebouwde webserver.
Het IP-adres (Internet Protocol) van de HP PSC. Dit adres vormt een
unieke identificatie van het apparaat in het netwerk.
IP-adressen worden dynamisch toegewezen door DHCP of AutoIP. U kunt
ook een statisch IP-adres instellen, maar dat wordt niet aanbevolen.
Opmerking:
Als u tijdens de installatie handmatig een ongeldig IP-
adres toewijst, zien de netwerkcomponenten het apparaat niet.
Een subnet is een IP-adres dat door de installatiesoftware wordt
toegewezen om een extra netwerk beschikbaar te maken als deel van
een groter netwerk. Subnetten worden opgegeven met behulp van een
subnetmasker. Dit masker bepaalt welke bits van het IP-adres van de
HP PSC het netwerk en het subnet aangeven en welke bits het apparaat
zelf aangeven.
Opmerking:
Het wordt aanbevolen dat de HP PSC en de
computers die er gebruik van maken, zich alle in hetzelfde subnet
bevinden.
Een knooppunt in een netwerk dat dient als toegang tot een ander
netwerk. Een knooppunt kan in dit geval een computer of een ander
apparaat zijn.
Opmerking:
Het adres van de standaardgateway wordt
toegewezen door de installatiesoftware.
De tools voor netwerkconfiguratie gebruiken
87

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave