Mechanische installatie van opties
5
Montage van de aandrijving met V-riem
Riemtestkrachten
90
– Reinig de motoras en de as van de tandwielkast en plaats de complete riem-
schijven [5214, 5216].
– Haal de bouten aan. Klop licht tegen de huls en haal de bouten weer aan. Herhaal
deze procedure meerdere keren.
– Let er op dat de riemschijven [5214, 5216] precies zijn uitgelijnd. Controleer met
een stalen liniaal, die vier plaatsen raakt, de uitlijning (Æ volgende afbeelding).
– Vul de spangaten met vet om het indringen van vuil te verhinderen.
•
Trek de V-riemen [5218] over de riemschijven [5214, 5216] en span deze met de
afstelschroeven in de motorconsole (Æ paragraaf Riemtestkrachten).
•
De maximaal toegestane fout bedraagt 1 mm per 1000 mm spanwijdte van de
V-riem. Alleen zo kunnen een maximale krachtoverbrenging worden gegarandeerd
en buitensporige belasting van de tandwielkast- en motorassen worden vermeden.
•
Riemspanning met riemspanningsmeetinstrument testen:
– Meet de spanwijdte van de riem ( = vrije riemlengte).
– Meet de verticale kracht die bij een doorhang van 16 mm over 1000 mm van de
riem wordt veroorzaakt. Vergelijk de gemeten waarden met de waarden in de
paragraaf "Riemtestkrachten".
•
Haal de afdichtingsschroeven van de motorspanbouten en van de achterplaat van
de riemafdekkap aan.
•
Monteer het deksel van de riemafdekkap met de scharnierbouten. Borg de scharnier-
bouten.
Riemprofiel
SPZ
SPA
SPB
SPC
Benodigde kracht om de riem 16 mm per
á d
[mm]
1
1000 mm spanwijdte te verplaatsen [N]
56 – 95
100 – 140
80 – 132
140 – 200
112 – 224
236 – 315
224 – 355
375 – 560
Technische handleiding – Industriële tandwielkasten, serie MC..
51697AXX
13 – 20
20 – 25
25 – 35
35 – 45
45 – 65
65 – 85
85 – 115
115 – 150