Controleer of de elektrische installatie de nominale stroom [A] van het product ondersteunt. Bekijk het typeplaatje van het product.
GEVAAR
Elektrische schok
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Zorg ervoor dat het product alleen wordt aangesloten op een correct geaard stopcontact (met randaarde).
‐
De veiligheidsaarding van het stopcontact moet worden verbonden met de veiligheidsaarding van het product. De
voedingsstekker moet daarom gebruikmaken van hetzelfde PE-aansluitsysteem als het stopcontact. Als dat niet het geval is,
gebruikt u een geschikte adapter.
1.
Schakel de voedingsspanning naar het stopcontact uit.
2.
Sluit elke stekker aan op een eigen stopcontact.
4.3.7 Een zekeringenkast aansluiten op de elektrische installatie
Relevant voor producten die zonder voedingsstekker worden geleverd. Deze productuitvoering wordt geleverd met een kabel van 5 m en een
zekeringenkast.
Alle elektrische aansluitingen moeten gemaakt worden door een erkend elektriciën en in overeenstemming met de plaatselijke
regelgeving.
GEVAAR
Elektrische schok
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Schakel de voedingsspanning voor het product uit, moet inbegrip van de voedingsspanning voor de signaalrelais. Wacht ten
minste 5 minuten voordat u enige verbindingen tot stand brengt in de klemmenkast.
‐
U dient er zeker van te zijn dat de voedingsspanning niet per ongeluk kan worden ingeschakeld.
1.
Schakel de voedingsspanning uit.
2.
Open de zekeringenkast en zoek het bedradingsschema op.
3.
Monteer de zekeringenkast aan een muur of iets dergelijks, zodat de aansluiting op de elektrische installatie veilig kan plaatsvinden.
4.
Sluit de kabels van de elektrische installatie en de pomp aan op de zekeringenkast aan de hand van het bedradingsschema.
5.
Sluit de zekeringenkast en schakel de stroom in.
4.4 Bedradingsschema
4.4.1 Standaard functionele module, FM 200
Ingangen en uitgangen
De module heeft de volgende aansluitingen:
•
twee analoge ingangen
•
twee digitale ingangen of één digitale ingang en één open-collector-uitgang
•
Grundfos Digital Sensor ingang en uitgang
•
twee signaalrelaisuitgangen
•
GENIbus verbinding.
De ingangen en uitgangen zijn intern gescheiden van de delen die de netspanning geleiden d.m.v. dubbele isolatie, en elektrisch gescheiden
van overige circuits. Alle regelklemmen worden gevoed door een veilige lage spannning (PELV), waardoor er bescherming tegen elektrische
schokken is.
Signaalrelais 1
LIVE: U kunt voedingsspanningen tot 250 VAC aansluiten op de uitgang.
PELV: De uitgang is elektrisch gescheiden van de overige circuits. Daardoor kunt u de voedingsspanning of de extra lage veiligheidsspanning
naar wens op de uitgang aansluiten.
Signaalrelais 2
PELV: De uitgang is elektrisch gescheiden van de overige circuits. Daardoor kunt u de voedingsspanning of de extra lage veiligheidsspanning
naar wens op de uitgang aansluiten.
Aansluitklemmen voor de netvoeding
Fasen
Eenfase
Driefasen
Aansluitklemmen voor ingangen en uitgangen
GEVAAR
Elektrische schok
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Zorg ervoor dat de aders van de onderstaande groepen aansluitingen over hun gehele lengte door middel van dubbele isolatie
van elkaar worden gescheiden.
Klemmen
N, PE, L
L1, L2, L3, PE
177