7. Regelfuncties
7.1 Cascaderegeling
Cascade-bedrijf zorgt dat de capaciteit van het boostersysteem automatisch wordt aangepast aan het verbruik door de pompen in of uit te
schakelen en door het toerental van de in gebruik zijnde pompen te wijzigen. Het systeem werkt zo energiezuinig mogelijk met een constante
druk en alleen het vereiste aantal pompen.
7.2 Constante druk
De ingebouwde toerentalregelaar handhaaft een constante druk in het leidingsysteem. Een druksensor meet veranderingen in het
waterverbruik en meldt aan de toerentalregelaar dat het toerental van de motor naar boven of beneden moet worden bijgesteld.
7.3 Pompwisseling
Pompwisseling zorgt ervoor dat de bedrijfsuren gelijkmatig verdeeld worden over de pompen in de loop van de tijd. De pompen worden
automatisch gewisseld, zodat het systeem de beschikbare pomp inschakelt met het minste aantal bedrijfsuren sinds de laatste keer dat de
stroom is uitgeschakeld.
7.4 Multimasterfunctie
Als de hoofdpomp wordt uitgeschakeld of gestopt vanwege een alarm, neemt een van de andere hoofdpompen automatisch de regeling van
het systeem over.
7.4.1 Hoofdpomp in systemen met twee of meer persdruksensoren
Als twee of meer pompen in het systeem zijn geconfigureerd met een persdruksensor, kunnen zij allemaal functioneren als hoofdpompen.
Standaard fungeert de pomp met het laagste nummer als hoofdpomp. De hoofdpomp is fabrieksmatig gemarkeerd met het cijfer 1.
Als hoofdpomp 1 wordt uitgeschakeld of gestopt vanwege een alarm, neemt een van de andere hoofdpompen automatisch de regeling van
het systeem over.
7.5 Droogloopbeveiliging
VOORZICHTIG
Schade aan de pomp
Mogelijk moet de pomp dringend worden gerepareerd of vervangen.
‐
Als er een droogloopalarm is afgegeven, moet de oorzaak worden gevonden voordat de pomp opnieuw wordt ingeschakeld, om
schade aan de pomp te voorkomen.
De unit bevat droogloopbeveiliging die de pomp automatisch uitschakelt in geval van drooglopen.
De droogloopbeveiliging functioneert anders tijdens ontluchten en bedrijf.
7.6 Bussignaal
Het product maakt seriële communicatie via een RS-485 ingang mogelijk. De communicatie geschiedt volgens het Grundfos GENIbus protocol
en biedt de mogelijkheid tot het aansluiten op een gebouwbeheersysteem of een ander soort extern besturingssysteem.
Via een bussignaal kunt u gebruiksparameters voor de motor, zoals setpoint en bedrijfsmodus, op afstand instellen. Tegelijkertijd kan het
product via de bus statusinformatie leveren over belangrijke parameters, zoals de actuele waarde van de regelparameter, opgenomen
vermogen en storingsmeldingen.
Neem contact op met Grundfos voor meer informatie.
Als u een bussignaal gebruikt, hebben de hiermee uitgevoerde instellingen voorrang boven de lokale instellingen die worden
uitgevoerd via Grundfos GO Remote of het geavanceerde bedieningspaneel.
Als het bussignaal niet werkt, gebruikt het product de lokale instellingen die zijn uitgevoerd via Grundfos GO Remote of het
geavanceerde bedieningspaneel.
7.7 Storings- en waarschuwingssignalen
7.7.1 Grundfos Eye
De bedrijfsstatus van de motor wordt weergegeven met het Grundfos Eye op het bedieningspaneel van de motor.
184
A