Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Roland SPD-20 Handleiding pagina 9

Inhoudsopgave

Advertenties

1) Pads 1–8. Hiermee kunt u de klanken van de geluids-
bronnen (intern - extern) bespelen. De Pads (speel-
vlakken) zijn aanslaggevoelig en met behulp van een
aantal parameters is de respons precies naar uw
speelstijl aan te passen.
2) Patch display. Dit LED display houdt u op de hoogte
van het gekozen Patch-nummer of de instelling van
een bepaalde parameter-waarde.
3) PAD BANK-indicators. Deze geven de gekozen Pad
Bank weer (A of B).
4) EFFECT-indicator. Geeft via een LED het gekozen
effect weer.
5) Parameterlijst. In de Edit mode zal de indicator van
de gekozen parameter oplichten. Gebruik [SELECT]
(parametergroep selectie) en [▲] [▼] (parameter
selectie) om parameters te kiezen.
6) [SELECT]-knop. In de Edit mode kiest u met deze
knop de gewenste parametergroep: SOUND, MIDI,
FX/PEDAL en SYSTEM.
7) [▲] [▼]-knoppen. In de Edit mode kiest u met deze
knoppen de gewenste parameter binnen een bepaal-
de groep.
8) [PATCH CHAIN]-knop. Gebruik deze knop bij het
instellen of gebruik van een Patch Chain.
9) [BANK A/B]-knop. Met deze knop kunt alterneren
tussen de banken "A" en "B".
10)[COPY]-knop. Gebruik deze knop als u data van een
Patch naar een andere wenst te kopiëren.
11)[LAYER]-knop. Het gebruik van deze knop laat toe
om de klanken, toegewezen aan de Pad Banks A en B,
tegelijkertijd te bespelen.
12)[EDIT]-knop. Met deze knop kunt u van de Play
naar de Edit mode omschakelen en vice versa.
13)[FX ON/OFF]-knop. Met deze knop worden de
effecten in- of uitgeschakeld.
14)[ALL/ENTER]-knop. Gebruik deze knop wanneer u
aan alle Pads dezelfde waarde wilt toewijzen, voor
het uitvoeren van een kopie of voor het opslaan van
een Patch Chain.
15)PATCH/VALUE [-] [+]-knoppen. Deze knoppen
worden gebruikt om Patches te kiezen. In de Edit
mode dienen ze voor de wijziging van parameter-
waarden.
16)VOLUME-regelaar. Met deze draaiknop regelt u het
volume dat via de audio-Jacks en de hoofdtelefoon-
uitgang wordt doorgestuurd.
17)PHONES-connector. Op deze connector kunt u een
stereo hoofdtelefoon aansluiten. Hierdoor schakelt u
de audio-uitgangen echter niet uit.
18)OUTPUT (R,L/MONO). Deze jacks sturen het ste-
reo audiosignaal (de klanken) van de SPD-20 uit.
Gebruik voor een mono-aansluiting enkel de L/
MONO jack.
Voorzieningen op de panelen
19)[HH CONT/TRIG 4]-keuzeschakelaar. Plaats deze
schakelaar in de "HH CONT." positie als u een
HiHat pedaal (FD-7) aangesloten hebt op de HH
CONT ingang. Als u deze ingang echter voor een
externe Pad wenst te gebruiken, dient u de schake-
laar in de "TRIG 4" positie te zetten.
20)HH CONT/EXT-4 jack. Op deze jack kan een HiHat
pedaal (FD-7) van Roland aangesloten worden. Als
de bijbehorende keuzeschakelaar op de "TRIG 4"
positie gezet wordt, is het eveneens mogelijk om een
externe Pad op deze jack aan te sluiten.
21)TRIGGER INPUT 1–3 jacks. Op deze ingangen kun-
nen externe Pads e.d. aangesloten worden.
Opmerking: Gebruik TRIGGER INPUT 1 en 2 als u met een
PD-120 rim shots wilt aansturen.
22)MIDI IN/OUT-connectors. Via deze connectors
kunt u de SPD-20 met externe instrumenten verbin-
den.
23)FOOT SW-jack. Op deze ingang kunt u een voet-
schakelaar aansluiten waarmee de Patch-nummers
te veranderen zijn. Bij gebruik van een speciale kabel
(PCS-31, optie) en twee FS-5U voetschakelaars
(optie) kunt u de Patch-nummers met de voet kie-
zen. Het is eveneens mogelijk om een DP-2 voet-
schakelaar (optie) op deze ingang aan te sluiten. In
dit geval zult u de Patches enkel in stijgende lijn kun-
nen kiezen.
24)AC adapter-jack. Sluit op deze ingang de meegele-
verde AC adapter aan.
Opmerking: Gebruik enkel de meegeleverde AC adapter. Het
gebruik van een ander type stroom adapter zou schade of sto-
ringen kunnen veroorzaken.
25)POWER-schakelaar. Hiermee schakelt u de SPD-20
in of uit.
9

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave