Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Roland SPD-20 Handleiding pagina 38

Inhoudsopgave

Advertenties

SPD-20 Handleiding
do's zenden. Het gaat dan om de volgende parame-
terwaarden:
Als u één van deze opties kiest wordt enkel de
programmakeuze die u met PGM CHG (zie
P1~P16
blz. 39) vastlegt gezonden, op het kanaal dat
u hier specifieert (er wordt dus geen noot-
commando gezonden).
Bij iedere slag wordt er afwisselend een MIDI
Start en Stop commando gezonden. Hiermee
S-S
kunt u het transport van een externe sequen-
cer e.d. bedienen.
Zoals voorgaande, maar in dit geval worden
C-S
er afwisselend MIDI Continue en Stop com-
mando's gezonden.
Hiermee plaatst u de Song Position van de
toP
sequencer opnieuw aan het begin van de
song.
Nogmaals voor alle duidelijkheid: pads waarvoor u
één van de opties oFF, P1~P16, S-S, C-S of toP kiest
zenden geen nootcommando's. Ze kunnen enkel
functies in externe instrumenten aansturen.
Nootnummer (NOTE #)
Gebruik deze parameter (0~127/oFF) om de klank
of noot van de MIDI-geluidsbron te kiezen, die u
vanaf de geselecteerde Pad wenst aan te sturen.
Normaal wordt aan elke Pad één slagwerkklank of
nootnummer toegewezen. Aan een HiHat klank
(H01~H17), die u bestuurt met een HiHat pedaal,
worden echter automatisch drie nootnummers toe-
gewezen waarvan de waarden vlak op elkaar volgen.
Alleen het nootnummer met de hoogste waarde is af
te lezen in het display.
Een slagwerkklank
die u via de betreffende
Pad kunt aansturen.
Pad
Note #
38
Veronderstel, bijvoorbeeld, dat nootnummer 46
werd toegewezen aan H01. Als u, met ingetrapt
pedaal, op de Pad slaat waaraan u H01 assigneerde,
wordt nootnummer 42 verstuurd. Slaat u op de Pad,
zonder het pedaal in te trappen, dan wordt noot-
nummer 46 doorgezonden. Tot slot, zal nootnum-
mer 44 verzonden worden als u enkel het pedaal
intrapt.
38
HiHat klanken waartussen
u overschakelt met het
pedaal (voor de betreffende Pad).
Pad
Het display beeldt
enkel het hoogste
Note #
46
nummer af.
44
42
Nootduur (GT TIME)
Met deze parameter stelt u de tijdsduur (0.1sec~
4.0sec, ALt) in waarmee de klank van een MIDI-
geluidsbron aangestuurd zal worden. Als u "ALt"
kiest wordt bij iedere slag op de pad afwisselend Note
On en Note Off gezonden. Dat is handig als u bij-
voorbeeld loops in een sampler wilt starten en stop-
pen met dezelfde pad.
Gate time
Het effect van deze Gate Time parameter stemt over-
een met de tijdsduur waarmee de toets van een
MIDI-klavier ingehouden wordt (Note On); bij het
verstrijken van de ingestelde tijdsduur wordt er een
noot-uit commando doorgezonden.
Opmerking: In het display worden de waarden 0.1~4.0 afge-
beeld als "01"~"40".
Opmerking: Indien de MIDI-geluidsbron noot-uit comman-
do's "negeert" (deze niet verwerkt), zal de Gate Time para-
meter geen invloed hebben op de lengte van de klank.
Als u (vanaf een Pad) een langzaam aanzwellende
("slow attack") klank wilt spelen, kan het voorko-
men dat de noot te zacht is, of dat deze te vroeg
wordt afgekapt. Verhoog in dergelijke gevallen de
waarde van de Gate Time parameter.
De uiteindelijke tijdsduur van een klank is afhanke-
lijk van bepaalde parameterwaarden, ingesteld op de
MIDI-geluidsbron.
Stereopositie (PAN)
Als de aangesloten MIDI-geluidsbron in staat is om
Pan commando's (controlenummer 10) te verwer-
ken, laat deze parameter toe om de stereopositie van
een klank te bepalen (L7~Ctr~R7/rnd/oFF). Als u
rnd (random) kiest, zal de stereopositie willekeurig
veranderen bij elke slag op de Pad. Zet deze parame-
ter op "oFF" als u geen Pan commando's wilt door-
sturen.
Aanslagcurve (CURVE)
Met een keuze uit 16 curves kunt u hier bepalen hoe
het volume zal veranderen t.o.v. de slagsterkte op de
Pad. Zie ook "Aanslagcurves (CURVE)" op blz. 20
voor een tekening van de beschikbare curves. Hier
heeft de instelling echter betrekking op de data die
via MIDI worden verzonden.
Als u "Cst" (constant) kiest, blijft het volume voor
elke noot gelijk, ongeacht hoe hard of zacht u op de
Tijd

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave