Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Verbindingskabels; Alarm- En Statusrelaisuitgangen (Programmeerbare Relais) - Trane AquaStream 3G CXAM 20 Installatie En Onderhoud

Inhoudsopgave

Advertenties

Stuurstroom
De unit is voorzien van een
stuurstroomtransformator. Er hoeft
dus geen extra stuurstroom naar
de unit geleverd te worden. Op de
stuurstroomtransformator mogen geen
andere componenten worden aangesloten.
Alle units zijn in de fabriek aangesloten op
de aangegeven voltages.

Verbindingskabels

Regeling gekoeldwaterpomp
Een uitgangsrelais van de
verdamperwaterpomp wordt gesloten
als de koelmachine een signaal van een
willekeurige bron krijgt om over te gaan
naar de AUTO-modus. Het contact wordt
geopend om de pomp uit te schakelen bij
de meeste diagnoses op machineniveau
om de opeenhoping van pompwarmte te
voorkomen.
De relaisuitgang van 1A26 is nodig voor
de werking van de magneetschakelaar
van de Verdamperwaterpomp (EWP).
De contacten moeten geschikt zijn voor
het 115/240 VAC regelcircuit. Normaal
gesproken volgt het EWP-relais de AUTO-
modus van de koelmachine. Als de
koelmachine geen diagnose heeft en in
de AUTO-modus is, ongeacht waar het
AUTO-commando vandaan komt, wordt
het normaal geopende relais bekrachtigd.
Als de koelmachine de AUTO-modus
verlaat, is de relais timergeregeld open
voor een instelbare (met TechView) duur
van
0 tot 30 minuten. De niet-AUTO-
modes waarin de pump wordt
gestopt, zijn Reset, Stop, Externe
Stop, Afstand Display Stop, Gestopt
door Tracer, Startblokkering door lage
omgevingstemperatuur, en IJs maken
voltooid.
CG-SVX24B-NL
Elektrische installatie
Ongeacht of de werking van de
koelmachine is toegestaan om de pomp
te regelen op een permanente basis, kan
de verdamper onherstelbaar beschadigd
worden als de microprocessor vraagt
de pomp te starten en er geen water
stroomt. De installateur of de klant
moeten ervoor zorg dragen dat de pomp
start als de regelaars van de koelmachines
de pomp aansturen.
Tabel 11 - Werking van pomprelais
Koelmachinemodus
Werking relais
Auto
Onmiddellijk
sluiten
IJs maken
Onmiddellijk
sluiten
Tracer
Sluiten
onderdrukking
Stop
Timergeregeld
open
IJs maken voltooid
Onmiddellijk open
Diagnose
Onmiddellijk open
Als het EWP-relais van Stop naar Auto
gaat, wordt het onmiddellijk bekrachtigd.
Indien de verdamper waterstroom niet tot
stand is gebracht dan stopt de CH530
de bekrachtiging van het EWP relais
en produceert hij een niet-gekoppelde
diagnostiek. Als de stroom terugkeert
(bijv. als iemand anders de pomp regelt),
wordt de diagnose gewist, het EWP-
relais opnieuw bekrachtigd en de normale
regeling hervat.
Als de verdamperwaterstroom verloren
gaat nadat deze op gang is gekomen,
blijft het EWP-relais bekrachtigd en
wordt een niet-blokkerende diagnose
gegenereerd. Als de stroom terugkeert,
wordt de diagnose gewist en keert
de koemachine terug naar de normale
werking.
Wanneer er zich in de laatste vier dagen
vier situaties met stromingverlies hebben
voorgedaan, dan wordt er een gekoppelde
onmiddellijke verloren verdamper
waterstroom blokkering diagnostiek
gegenereerd.
In het algemeen wordt het EWP-
relais uitgeschakeld alsof er een
nultijdvertraging was, als er een niet-
blokkerende of blokkerende diagnose was.
Uitzonderingen (zie bovenstaande tabel)
waarbij het relais bekrachtigd blijft, treden
op bij:
Een diagnose van lage gekoeld
watertemperatuur (niet-blokkerend)
(tenzij in combinatie met een
diagnose van temperatuursensor van
verdamperuittredewater)
of
Een diagnose van onderbrekingsfout
van startmagneetschakelaar waarbij een
compressor stroom blijft afnemen, zelfs
nadat deze een commando heeft gekregen
om uit te schakelen.
of
Een diagnose van verlies van
verdamperwaterstroom (niet-blokkerend)
en de unit is in de AUTO-modus, nadat de
verdamperwaterstroom eerst getest is.
Alarm- en
statusrelaisuitgangen
(programmeerbare relais)
Een programmeerbaar relaisconcept
zorgt voor de formulering van bepaalde
gebeurtenissen of toestanden van de
koelmachine, geselecteerd uit een lijst
met meest voorkomende behoeften,
terwijl slechts vier fysieke uitgangsrelais
worden gebruikt, zoals te zien in de
lokale bedradingsschema's. De vier relais
worden geleverd (normaal gesproken
met een Quad relaisuitgang LLID) als
onderdeel van de alarm
relaisuitgang optie. De relaiscontacten
zijn geïsoleerd Form C (SPDT), geschikt
voor gebruik in 120 VAC circuits met een
afname van maximaal 2,8 A inductief,
7,2 A resistief, of 1/3 pk en voor
240 VAC circuits met een afname van
maximaal 0,5 A resistief.
De lijst van gebeurtenissen/statussen die
toegewezen zijn aan de programmeerbare
relais staan in de onderstaande tabel.
Het relais wordt bekrachtigd als de
gebeurtenis of toestand optreedt.
67

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave