Gebruik van de functie Scannen
Autorisatie
Autorisatie is het proces waarmee wordt gedefinieerd tot welke functies en toepassingen
gebruikers toegang hebben. U kunt bijvoorbeeld de printer zodanig instellen, dat
gebruikers wel toegang hebben tot kopiëren, scannen en faxen, maar niet tot e-mailen.
Er zijn twee soorten autorisatie:
• Lokaal op het apparaat (interne database): De informatie over de
gebruikersaanmelding wordt lokaal in de interne database met gebruikersgegevens
van de printer opgeslagen.
• Extern op het netwerk: De aanmeldgegevens van de gebruikers worden extern in
een netwerkdatabase, zoals een LDAP-directory, opgeslagen.
Persoonlijke voorkeuren
Persoonlijke voorkeuren is een proces waarmee functies worden aangepast voor een
specifieke gebruiker. Als uw netwerk is aangesloten op een LDAP-server, kan de printer
bij het gebruik van de toepassing E-mail scannen, de eigen bestemming van de gebruiker
en het e-mailadres opzoeken.
OPMERKING
Persoonlijke voorkeuren is alleen beschikbaar wanneer de printer is geconfigureerd voor
het gebruik van netwerkverificatie.
Lokale verificatie
Lokale verificatie instellen
Zo configureert u lokale verificatie:
1. In CentreWare IS selecteert u Eigenschappen > Beveiliging > Verificatie
configureren.
2. In het scherm Verificatie configureren naast Type aanmelding selecteert u
Aanmelding bij lokale accounts.
3. Selecteer Ingeschakeld naast Opgeslagen mapbestand afdrukken of Ingeschakeld
naast Map naar PC/server om deze functies in te schakelen.
4. Selecteer Ingeschakeld naast Afdrukken (geen account) om in te stellen dat
gebruikers zonder een account toegang tot de printer hebben.
5. Selecteer Toepassen en vervolgens Apparaat opnieuw starten.
7-4
Xerox
Color J75 Press
®
Handleiding voor de systeembeheerder