1 VEILIGHEID EN SYMBOLEN
Goed en regelmatig onderhoud garandeert de efficiëntie en de goede werking van het toestel na verloop van tijd.
Voer het onderhoud uit volgens de instructies van de fabrikant.
Neem voor onderhoud van interne toestelcomponenten contact op met uw Technische OndersteuningTechnische Ondersteuning ;
zie voor de overige onderhoudseisen hoofdstuk 8 b. 51.
Eventuele reparaties van het toestel dienen te worden uitgevoerd door uw Technische OndersteuningTechnische Ondersteuning
met gebruik van originele onderdelen.
Het niet naleven van bovenvermelde aanwijzingen kan de werking en de veiligheid van het toestel compromitteren en de
garantie ervan ongeldig maken.
Neem voor de ontmanteling van het toestel rechtstreeks contact op met de fabrikant, ten behoeve van een correcte vuilverwerking.
Indien het toestel verkocht wordt of naar een andere eigenaar overgaat, controleer dan of deze Installatie -en Servicehand-
leiding "Boekje voor installatie gebruik en onderhoud" aan de nieuwe eigenaar en zijn installateur overhandigd wordt.
1�3 GARANTIEVOORWAARDEN
Aanspraak op garantie kan vervallen als gevolg van de een van de volgende condities:
verkeerde installatie
▶
incorrect gebruik
▶
het niet opvolgen van, door de fabrikant voorgeschreven, aanwijzingen met betrekking tot installatie, gebruik en onderhoud
▶
wijziging of aanpassing van het product of elk ander onderdeel
▶
extreme operationele condities, in ieder geval buiten de bedrijfscondities, zoals door de fabrikant gedefinieerd
▶
schade veroorzaakt door externe middelen zoals zouten, chloor, zwavel of andere chemische substanties in het installatiewater
▶
of aanwezig in de lucht op de opstellingsplaats
abnormale belastingen die door de omgeving of installatie doorgegeven worden aan het toestel. (mechanische belastingen,
▶
thermische uitzettingen, trillingen, overspanning etcetera)
incidentele schades of force majeur
▶
6