Scopeacties
Aanpassing gevoeligheid
Met de knop Aanpassing gevoeligheid (Afbeelding 7-9) kunt u de detectiegevoeligheid voor
cilinderontstekingen instellen. Hoe lager de instelling, hoe gevoeliger de onstekingsscope is voor
het detecteren van cilinderontsteking. Doordat de gevoeligheid kan worden aangepast en de
cilinderdetectie kan worden verbeterd kunnen meer voertuigen worden getest en kunnen meer
secundaire sensoren worden gebruikt.
z
Detectiegevoeligheid voor cilinderontsteking aanpassen:
1. Selecteer de knop Aanpassing gevoeligheid.
De knop wordt ingedrukt weergegeven en blijft gemarkeerd om aan te geven dat de functie
aan staat.
2. Druk op de pijl omhoog b of omlaag d om de niveau-indicator aan de linkerzijde van
de grafiek (y-as) te verplaatsen.
NOOT:
i
Een gevoeligheidsinstelling van 2,0 kV is voor veel ontstekingssystemen ideaal, tenzij
u problemen hebt met het detecteren van cilinders.
3. Als u klaar bent met het instellen van de gevoeligheid van de ontstekingsscope, drukt u op
N/X om de knop te deselecteren.
Afbeelding 7-8
Voorbeeld van de vaste optie Piekdetectie van kanaal 1
Afbeelding 7-9
Voorbeeld van de aanpassing van de ontstekingstrigger
72
Scopesoftware selecteren