Appendix C
Als er storingen worden gedetecteerd, maar er geen problemen met het voertuig zijn, kan ruis de
oorzaak zijn. Doe uit voorzorg het volgende:
•
Gebruik afgeschermde kabels.
•
Leid de kabels niet langs secundaire ontstekingscomponenten.
•
Controleer de testaansluitingen.
Als u nog steeds denkt dat er een ruisprobleem is, schakelt u het filter in. Zie "Kanaalnummer"
•
op pagina 51 voor procedures.
NOOT:
i
Het filter kan ook extreem korte storingen elimineren.
C.1 Wanneer u het filter gebruikt
In de volgende secties wordt uitgelegd wanneer u het filter gebruikt met de grafische meter en de
scope.
C.1.1 Gebruik van het filter met de grafische meter
In de grafische meter reduceert het filter ruis door korte pieken te negeren of weg te werken.
Berekende metingen
Wanneer u een test met een berekende meting (pulsbreedte van frequentie, MC dwell of
bedrijfscyclus) uitvoert, wordt het filter gebruikt om hele korte pieken (20 uS en korter) te negeren
vanuit bronnen zoals het ontstekingssysteem.
Afbeelding C-1 is een illustratie van ruis vanuit het ontstekingssysteem wanneer de frequentietest
met de grafische meter wordt uitgevoerd met piekdetectie aan en het filter uit.
Ruisfilter
110