5.10.1.2 Speciale parameters in detail
Aanvoertijd draadinvoer (P1)
De draadinvoer begint met 1,0m/min gedurende 2 sec. Aansluitend wordt met een aanvoerfunctie de
snelheid op 6,0m/min verhoogd. De aanvoertijd is tussen twee bereiken in te stellen.
Tijdens de draadinvoer kan de snelheid met behulp van de draaiknop lasparameterinstelling worden
gewijzigd. De wijziging heeft geen invloed op de aanvoertijd.
Programma "0", vrijgave van programmablokkering (P2)
Het programma P0 (handmatig instellen) wordt geblokkeerd. Onafhankelijk van de sleutelpositie is
uitsluitend nog de werking bedrijf met P1 tot P15 mogelijk.
Weergavemodus Up/down-lastoorts met enkel 7-segmentendisplay (P3)
Nomale weergave:
•
Programmabedrijf: Programmanummer
•
Up/down-bedrijfsmodus: lasvermogen (0=minimumstroom/9=maximumstroom)
Afwisselende weergave:
•
Programmabedrijf: programmanummer en lasmethode (P=impuls/n=niet impuls) wisselen
•
Up/down-bedrijfsmodus: lasvermogen (0=minimumstroom/9=maximumstroom) en symbool voor
Up/down-bedrijfsmodus wisselen
Programmabegrenzing (P4)
Met de speciale parameter P4 kan de selectie van programma's worden begrensd.
•
De instelling wordt voor alle JOB's overgenomen.
•
De selectie van het programma is afhankelijk van de schakelstand van de omschakelaar
"Lastoortsfunctie"
"Programma" worden omgeschakeld.
•
De programma's kunnen met een aangesloten speciale lastoorts of een afstandsbediening worden
omgeschakeld.
•
Een omschakeling van de programma's met de draaiknop
"Vlambooglengtecorrectie/lasprogrammaselectie "
geen speciale lastoorts of afstandsbediening is aangesloten.
Speciale cyclus in de bedrijfsmodi 2- en 4-takt speciaal (P5)
Als de speciale cyclus geactiveerd is, verandert de start van het lassen als volgt:
Verloop 2-takt-speciaal-bedrijf / 4-takt-speciaal-bedrijf:
•
startprogramma "P
•
hoofdprogramma "P
Verloop 2-takt-speciaal-bedrijf / 4-takt-speciaal-bedrijf met geactiveerde speciale cyclus:
•
startprogramma "P
•
gereduceerd hoofdprogramma "P
•
hoofdprogramma "P
Speciale jobs SP1 tot SP3 vrijgeven (P6)
Apparaatserie Phoenix Expert:
De instelling van de lasopdracht wordt uitgevoerd op de apparaatbesturing van de stroombron.
Desgewenst kunnen alleen de voorgeprogrammeerde speciale lasopdrachten SP1 = JOB 129 /
SP2 = JOB130 / SP3 = JOB 131 op de apparaatbesturing van het draadaanvoerapparaat worden
geselecteerd. Door de drukknop Selectie lasopdracht lang in te drukken, kunt u de speciale JOB's
selecteren. Met een korte knopdruk wordt de omschakeling van speciale JOB's uitgevoerd.
De job-omschakeling is geblokkeerd als de sleutelschakelaar op de positie "0" staat.
Deze blokkering van de speciale jobs (SP1 - SP3) is op te heffen.
099-005403-EW505
18.08.2016
> zie hoofdstuk 4.2.1). Programma's kunnen uitsluitend bij de schakelstand
(
"
START
"
A
"
START
"
B
"
A
Opbouw en functie
Speciale parameters (uitgebreide instellingen)
(
> zie hoofdstuk 4.3) is alleen mogelijk wanneer er
93