Installatie
4
Aanwijzingen voor de elektromagnetische compatibiliteit
4.7
Aanwijzingen voor de elektromagnetische compatibiliteit
Gescheiden
kabelgoten
Afschermen
en aarden
Netfilter
72
•
Leg vermogenskabels en elektronicakabels in gescheiden kabelgoten.
•
Gebruik alleen afgeschermde stuurstroomleidingen.
•
Aard de afscherming aan beide zijden langs de kortste weg met een vlakke
contactverbinding. U kunt een afschermingsuiteinde via een ontstoringsconden-
sator (220 nF/50 V) aarden om aardlussen te vermijden. Bij dubbel afgeschermde
kabel (bij meeraderige kabels met eventueel meerdere afgeschermde kabelbundels)
de buitenste afscherming aan de zijde van de servoversterker en de binnenste
afscherming aan de andere zijde aarden.
Afbeelding 44: voorbeelden voor juiste schermaansluiting met metalen
beugel (schermklem) of metalen kabelwartel
•
Afscherming kan ook worden bereikt door de leidingen in geaarde stalen goten of
metalen buizen te leggen. Leg de vermogens- en signaalleidingen altijd
gescheiden.
•
Aard de meerassige servoversterker en alle bijbehorende apparatuur voor
hoge frequenties. Gebruik hiervoor bijvoorbeeld een vlak metalen contact van de
apparaatbehuizing met de massa (bijvoorbeeld een ongelakte schakelkastmontage-
plaat).
•
Monteer het netfilter in de nabijheid van de servoversterker, echter buiten de
minimaal benodigde vrije ruimte voor de koeling.
•
Beperk de leiding tussen het netfilter en de servoversterker tot de minimaal
benodigde lengte. De lengte mag max. 600 mm bedragen. Niet-afgeschermde,
getwiste leidingen zijn voldoende. Gebruik voor de voeding eveneens onafge-
schermde leidingen.
•
Er zijn geen EMC-grenswaarden gespecificeerd voor de storingsemissie bij
spanningsnetten zonder geaard sterpunt (IT-stelsels). In IT-stelsels is de effec-
tiviteit van netfilters sterk beperkt.
Technische handleiding – Meerassige servoversterker MOVIAXIS
00755BXX
®
MX