Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Meer Informatie Over Verwarmingswater; Gebruik Van Stookolieadditieven - BRÖTJE NovoCondens BOB 20 Handboek

Verberg thumbnails Zie ook voor NovoCondens BOB 20:
Inhoudsopgave

Advertenties

4.4 Gebruik van
stookolieadditieven
7310616-01 10.13
Opgelet! pH-waarde controleren!
In verscheidene toepassingen is een eigen alkalisering ( stijging van pH-waarde)
van het verwarmingswater mogelijk. Daarom moet de pH-waarde jaarlijks gecon-
troleerd worden.
De pH-waarde moet tussen 8,2 en 9,0 liggen.
VDI-richtlijn 2035 deel 1 en 2
Voor alle ketelmaten gelden principieel de Eisen aan het verwarmingswater vol-
gens VDI richtlijne 2035 deel 1 en 2.
Volgens de VDI 2035 is een deelontharding van water onder de 6°dH niet toegela-
ten. Een volledige ontharding is enkel mogelijk in combinatie met een ph-waarde
stabilisatie!
Het vloerverwarmingscircuit dient apart te worden bekeken. Gelieve zicht hiervoor
te wenden tot de fabricanten van leidingfabricanten (zie boven ).
Voor de garantie moet men absoluut de richtlijnen opvolgen van BRÖTJE.

4.3.1 Meer informatie over verwarmingswater

- Het water mag geen vreemde voorwerpen zoals lasparels, roestdeeltjes, hamer-
slag of slib bevatten. Bij de inbedrijfname moet zolang worden gespoeld tot er
klaar water uit het toestel komt. Bij het spoelen van het toestel is het belangrijk
dat de warmtewisselaar van de verwarmingsketel niet doorstroomd wordt, en
dat de thermostatische kranen gedemonteerd zijn en de ventielen maximaal
open staan.
- Wanneer er additieven worden toegepast is het van belang om de gegevens van
de fabrikant in acht te nemen.
Indien, in bijzondere gevallen, het noodzakelijk is tegelijkertijd meerdere produc-
ten te gebruiken (bv. hardheidstabiliserende, antivries, afdichtende producten)
controleren of deze laatste onderling verenigbaar zijn en of ze de pH-waarde
niet wijzigen. Bij voorkeur producten van dezelfde fabrikant gebruiken.
- Bij buffertanks in combinatie met zonne-energie-installaties of vaste brandstof-
ketels moet de bufferinhoud bij de bepaling van de vulwaterhoeveelheid in aan-
merking worden genomen.
Stookolieadditieven zijn aan te bevelen, wanneer ze:
- ter verbetering van de bewaringsstabiliteit van de brandstof
- ter verhoging van de thermische stabiliteit van de brandstoffen of
- ter vermindering van de geurontwikkeling bij het tanken bijdragen en zonder re-
siduen verbranden.
Niet toegestaan zijn residuvormende verbrandingsverbeterende stoffen.
Condenserende stookolieketel NovoCondens BOB 20/25
Voorbereiding van de installatie
17

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Novocondens bob 25

Inhoudsopgave