ISO-gevoeligheid
ISO-gevoeligheid is het digitale equivalent van filmgevoeligheid. Hoe hoger de ISO-
gevoeligheid, des te minder licht nodig is om een foto te maken. Zo kunt u een kortere
sluitertijd of een kleiner diafragma gebruiken.
De ISO-gevoeligheid kan worden ingesteld op een waarde tussen ongeveer ISO 200 en
ISO 3200, in stappen die equivalent zijn met
gevoeligheid worden verlaagd tot onder ISO 200 met ongeveer 0.3 LW (S, komt
overeen met ISO 160), 0.7 LW (T, komt overeen met ISO 125) of 1.0 LW (U, komt
overeen met ISO 100), of verhoogd tot boven ISO 3200 met ongeveer 0.3 LW (P, komt
h
overeen met ISO 4000), 0.7 LW (Q, komt overeen met ISO 5000) of 1.0 LW (R, komt
overeen met ISO 6400). De standen automatisch en programma-automatiek bieden ook
een optie AUTO (standaardinstelling), waarmee de camera de ISO-gevoeligheid
automatisch instelt volgens de belichtingsomstandigheden. 01 wordt
weergegeven in het lcd-venster en de zoeker wanneer AUTO is geselecteerd.
U kunt de ISO-gevoeligheid selecteren door de knop W (ISO) ingedrukt te houden en aan
de hoofdinstelschijf te draaien totdat de gewenste instelling wordt weergegeven in het
lcd-venster. De ISO-gevoeligheid kan ook worden veranderd in het opnamemenu
(p. 165).
Knop W (ISO)
A
Automatisch
Als de keuzeknop op P, S, A of M wordt gedraaid nadat u 01 hebt geselecteerd voor de ISO-
gevoeligheid in een andere stand, wordt de laatste in de stand P, S, A of M geselecteerde ISO-
gevoeligheid weer ingesteld.
A
Hi 0.3–Hi 1
Bij foto's die met deze instellingen zijn gemaakt, is de kans op ruis en kleurafwijkingen groter.
A
Zie ook
Voor informatie over het inschakelen van de automatische instelling van de ISO-gevoeligheid in de
stand P, S, A of M, zie pagina 78. Zie pagina 165 voor informatie over het gebruik van de optie on
Hoge ISO-ruisonderdrukking in het opnamemenu om ruis te onderdrukken bij een hoge ISO-
gevoeligheid.
74
1
/
LW. Voor speciale situaties kan de ISO-
3
Hoofdinstelschijf
Lcd-venster