1.35 DE INTERNE GROEP IN GEBRUIK NEMEN (ONTSTEKING, ALLEEN IN COMBINATIE MET
EEN EXTERNE GROEP)
Voor de inbedrijfstelling van de interne groep (de handelingen die hierna genoemd worden, mogen alleen uitgevoerd worden door vak-
kundig gekwalificeerd personeel en bij aanwezigheid van alleen de bij het werk betrokken werknemers):
1. Controleren van de dichting van de interne installatie volgens de aanwijzingen die door de van kracht zijnde voorschriften opgelegd
worden.
2. Controleren of het gebruikte gas overeenkomt met het gas waarvoor de interne groep voorzien is;
3. Controleren of er geen externe oorzaken zijn die de vorming van brandstofzakken kunnen doen ontstaan;
4. Controleren of het debiet van het gas en de betreffende druk conform zijn met de indicaties in de handleiding;
5. De interne groep aanzetten en nagaan of de ontsteking correct gebeurt;
6. Controleren of de veiligheidsvoorziening in werking treedt wanneer er geen gas is en controleren van de betreffende interventietijd;
7. De aansluiting op een net van 230V~50Hz, de juiste polariteit L-N en de aardingsaansluiting controleren;
8. Controleer de tussenkomst van de hoofdschakelaar die zich stroomopwaarts van de interne groep en in de interne groep zelf bevindt.
9. Controleren of de aansluitpunten van afzuiging/afvoer niet verstopt zijn en correct geïnstalleerd zijn;
Als ook maar één van deze controles negatief is, mag het systeem niet in werking worden gesteld.
Controleer na de installatie of er lekkages zijn. Als de hydromodule in contact komt met een ontstekingsbron,
zoals thermoventilator, kachel en gasflessen, dan kunnen er giftige gassen ontstaan. Zorg ervoor dat alleen de
recuperatieflessen van het koelmiddel worden gebruikt.
53