1.2
Beoogd gebruik
Mogelijk verkeerd
gebruik
1.3
Omgeving
Veiligheidsvoorschriften
Type
LET OP
☞
Definities voor gebruik
De instrumenten zijn bedoeld voor de volgende toepassingen:
Algemeen
•
Het detecteren en opsporen van ondergrondse leidingen: metalen kabels
en buizen.
Leidingzoeker
•
Detectie en lokalisatie van leidingen met behulp van goedgekeurde acces-
soires of een signaalgenerator.
Schatting van de diepte van een ondergrondse leiding of accessoire.
•
Gebruik van het instrument zonder de noodzakelijke instructie.
•
•
Toepassing buiten de gebruiksgrenzen.
Het onklaar maken van veiligheidsvoorzieningen.
•
Het verwijderen van waarschuwingsstickers.
•
Openen van het instrument met gereedschap (schroevendraaier, enz.),
•
tenzij dit nadrukkelijk is toegestaan voor bepaalde functies.
•
Modificatie of aanpassing van het instrument.
Gebruik na ontvreemding.
•
Gebruik van instrumenten met zichtbare schade of defecten.
•
•
Gebruik van accessoires van andere fabrikanten zonder de nadrukkelijke
toestemming vooraf van Leica Geosystems.
Onvoldoende veiligheidsmaatregelen op de werklocatie.
•
Beperkingen in het gebruik
Geschikt voor gebruik in atmosferen bestemd voor permanente menselijke
bewoning; niet geschikt voor gebruik in een agressieve of explosieve omgeving.
WAARSCHUWING
Werken in gevaarlijke explosieve omgevingen of vlakbij elektrische
installaties of soortgelijke situaties.
Levensgevaar.
Voorzorgsmaatregel:
▶
Plaatselijke veiligheidsautoriteiten en veiligheidsexperts moeten worden
benaderd door de persoon die voor het product verantwoordelijk is alvo-
rens te gaan werken in een dergelijke omgeving.
Beschrijving
Potentieel gevaarlijke situatie of onbedoeld
gebruik dat, indien niet vermeden, kan leiden
tot aanzienlijke materiële, financiële of mili-
euschade.
Belangrijke informatie, die de gebruiker dient
op te volgen om het instrument technisch
juist en efficiënt toe te passen.
7