De werking controle-
ren
60
Het doel van onderstaande procedure is om de prestaties van de sonde te veri-
fiëren.
☞
Voor deze procedure zijn de volgende systeemonderdelen vereist:
Een leidingzoeker om het signaal van de sonde te detecteren.
•
Een werkgebied dat vrij is van leidingen (zoals geïllustreerd).
•
0016948_001
1.
Stel de sonde in voor gebruik bij 33 kHz.
2.
Schakel de leidingzoeker in. Stel de leidingzoeker in op 33 kHz.
3.
Richt de voet van de leidingzoeker op de sonde.
☞
Op een afstand van 2 m (6,56 ft) moeten de indicatoren
voor de signaalsterkte de hoogste waarde aangeven.
4.
Stel de sonde in voor gebruik bij 8 kHz.
5.
Schakel de leidingzoeker in. Stel de leidingzoeker in op 8 kHz.
6.
Richt de voet van de leidingzoeker op de sonde.
☞
Op een afstand van 2 m (6,56 ft) moeten de indicatoren
voor de signaalsterkte de hoogste waarde aangeven.
☞
Als een of meer van deze tests geen of een significant verschillende
uitvoer oplevert, moet de sonde worden geretourneerd om te wor-
den nagekeken.
2 m/6.56 ft
5 m/16.4 ft
Functionele controles
5 m/16.4 ft