Onderhoud, verzorging en afvalverwerking
5
Onvakkundig onderhoud en controle!
Het apparaat mag uitsluitend door vakkundige, bevoegde personen worden gereinigd,
gerepareerd of gecontroleerd! Vakkundig personeel is iedereen die door opleiding,
kennis en ervaring risico's en eventuele gevolgschade kan herkennen die zich kunnen
voordoen tijdens de controle van dit apparaat en daarop de vereiste
veiligheidsmaatregelen kan treffen.
•
Onderhoudsvoorschriften in acht nemen > zie hoofdstuk 5.2!
•
Het apparaat mag uitsluitend na een geslaagde controle opnieuw in gebruik worden
genomen.
Gevaar voor verwonding door elektrische spanning na uitschakeling!
Werkzaamheden aan een open apparaat kunnen tot dodelijke verwondingen leiden!
Tijdens werking worden de condensatoren in het apparaat met elektrische spanning
geladen. Deze spanning blijft nog tot 4 minuten na het verwijderen van de
stroomstekker bestaan.
1. Apparaat uitschakelen.
2. Stroomstekker verwijderen.
3. Wacht minimaal 4 minuten tot de condensatoren zijn ontladen!
Reparatie- en onderhoudswerkzaamheden mogen uitsluitend door geschoold en bevoegd technisch
personeel worden uitgevoerd, anders vervalt de garantie. Neem voor alle service-kwesties in principe
contact op met uw dealer, de leverancier van het apparaat. Retourleveringen van garantiegevallen
kunnen alleen via de dealer gebeuren. Gebruik bij het vervangen van onderdelen alleen originele
reserveonderdelen. Bij de bestelling van reserveonderdelen moeten het type apparaat, het serienummer
en artikelnummer van het apparaat, de typebenaming en het artikelnummer van het onderdeel worden
aangegeven.
5.1
Algemeen
Dit apparaat is onder de vermelde omgevingsvoorwaarden en de normale werkomstandigheden
grotendeels onderhoudsvrij en behoeft slechts minimaal onderhoud.
Een vuil apparaat verkort de levens- en inschakelduur. De reinigingsintervallen zijn voornamelijk
afhankelijk van de omgevingsvoorwaarden en de daarmee verbonden verontreiniging van het apparaat
(minstens halfjaarlijks).
5.2
Onderhoudswerkzaamheden, intervallen
5.2.1
Dagelijkse onderhoudswerkzaamheden
•
Alle aansluitingen en de slijtagedelen op handvaste zit controleren en evt. vastdraaien.
•
Schroef- en stekkerverbindingen van aansluitingen en slijtagedelen op de correcte zit controleren en
eventueel vastdraaien.
•
Vastplakkende lasspetters verwijderen.
•
Draadtoevoerrollen regelmatig reinigen (afhankelijk van de vervuilingsgraad).
5.2.1.1
Visuele controle
•
Slangpakket en stroomaansluitingen op uitwendige beschadigingen controleren en evt. vervangen c.q.
door vakpersoneel laten repareren!
•
Netvoedingskabel en desbetreffende trekontlasting
•
Gasslangen en desbetreffende schakelinrichtingen (magneetventiel)
•
Overig, de algemene toestand
5.2.1.2
Controle op goede werking
•
De correcte bevestiging van de draadspoel controleren.
•
Lasstroomkabels (op vaste en vergrendelde bevestiging controleren)
•
Bevestigingselementen gasfles
•
Bedienings-, meld-, bescherm- en instelinrichtingen (Functionele keuring)
099-007010-EW505
07.09.2016
Onderhoud, verzorging en afvalverwerking
GEVAAR
Algemeen
35